Optische gemeenschapsmiddelen kunnen als regel slechts op
korten afstand benut worden door de dikwijls zeer bedekte
Indische terreinen. De kans van opnemen door den vijand, voor
al wanneer met lampen op grooteren afstand wordt geseind, waarbij
als regel een hooge opstellingsplaats vereischt wordt, is eveneens
niet denkbeeldig. Eenigermate kan dit bemoeilijkt worden, door
gebruik te maken van lampen met geconcentreerde en zuiver
gerichte lichtbundels, zoodat de opnemer genoodzaakt is in de
lijn van de verbindingsposten te gaan staan.
Dergelijke electrische seinlampen met handgenerator zijn reeds
beproefd en voor den verbindingsdienst besteld.
Optische seingemeenschap zal dus ook in verband met de daar
aan verbonden bezwaren slechts voor korte en minder belangrijke
berichten in aanmerking komen.
Voor legerdoeleinden zal daardoor de lijntelefonie althans voor-
loopig wel het voornaamste verbindingsmiddel blijven. De overige
middelen zullen aanvullend moeten werken.
Zooals hiervoor reeds werd aangegeven, is het in verband
met den stand der techniek en de opvattingen die aangaande
een moderne verbindingsdienst gehuldigd worden een noodzaak,
dat het benoodigde materieel daaraan aangepast wordt.
Het is daarom aan gerechten twijfel onderhevig of het juist
is, dat ons leger voor den verbindingsdienst thans nog middelen
gaat gebruiken, waarvoor men tot de jeugdgeschiedenis der
electrotechniek moet teruggaan om den oorsprong te vinden, ter
wijl anderzijds de moderniseering van het leger met kracht wordt
ter hand genomen.
Teneinde een zoo groot mogelijk rendement te krijgen, moet
men gebruik maken van moderne middelen.
De thans in gebruik zijnde Infanterie-centraalschakelaar kan
echter geenszins modern genoemd worden, de talrijke daaraan
klevende technische fouten maken haar ongeschikt om samen
met andere middelen een bedrijfszeker geheel te vormen. Ook
uit een oogpunt van aanvulling is het gewenscht dat bij het
leger uniform telefoonmaterieel gebruikt wordt.
Beschouwen we in dit verband de centraalschakelaars (kort
heidshalve moge daarvoor worden verwezen naar de schema's
behoorende bij het desbetreffende artikel in het I.M.T. van Dec.
1929) dan valt al dadelijk op, dat deze schakelaar in principe
afwijkt van een normale (veld)centrale.
(1). Besparing aan telefoontoestellen levert deze schakelaar niet
op, althans niet vergeleken bij een normale centrale.
(2). Van de veronderstelling wordt in genoemd artikel uitgegaan,
dat de telefonen van den Bataljonscommandant en de Regiments-
verbindingsafdeeling zich in de onmiddellijke nabijheid van de
centrale bevinden.
Uit een oogpunt van vlotte en ongestoorde bediening van
telefonen en centrale is dit echter ongewenscht en verdient het de
678