verschillende werkwijzen en afwerkingen door mij nadien zijn voorgebracht en ingevoerd bij den A.C.W. Hieruit moge blijken het directe nut van dergelijke bezoeken. Trouwens in Holland behoorde het bezoeken van fabrieken tot de opleiding tot ingenieur. Waarom wordt nooit een bezoek gebracht aan onzen concur rent op houtgebied het gevangeniswezen. Samenwerking, niet alleen met een fabriek, doch met alle Gouvernementsbedrijven, is noodzakelijk. Zoo kom ik op de gegevens die ons vanuit Holland in het bijzonder, en vanuit Europa in het algemeen, bereiken. Als eerste adviseur staat op de lijst de Artillerie inrichtingen aan de Hembrug. Maar niet alleen bij deze fabrieken wordt voorlichting ingewonnen, neen, ook andere bedrijven zoowel in het Moederland als daarbuiten, dienen ons in moeilijke vraag stukken van raad. Overleg is het halve werk, zou ik een weinig van beteekenis willen doen veranderen, en het passend maken op dit onderwerp. Zeer zeker is overleg „met andere fabrieken" vaak het halve werk en wordt daardoor veel tijd en niet te vergeten kosten bespaard. De officieren die in Holland een hoogere technische vorming genieten, ontvangen tijdens hun detacheering speciale opdrachten van het Departement van Oorlog in Nederlandsch-Indië, waar van de uitvoering en opgedane ervaring in duidelijke rapporten moet worden neergelegd. Het bezoeken van vele fabrieken is hierbij onontbeerlijk. Een intensieve samenwerking tusschen de Hollandsche en Indische Artillerie inrichtingen is met de connectie's met andere fabrieken in Europa een van de voornaamste factoren om op de hoogte te blijven van nieuwigheden en ervaringen, die zich voor doen in het bewapeningsvraagstuk bezien van technisch stand punt. Gij zult dan ook bespeurd hebben uit het voorgaande, dat de A. C. W. kan bogen op geperfectioneerde machines, met prima werkkrachten onder zeer deskundige leiding, waardoor de waar borg is gegeven voor onze weerbaarheid. Ik heb dit onderwerp nog eens naar voren gebracht, omdat het van het hoogste belang is en in deze richting onverpoosd naar volmaking moet worden gestreefd, met alle kracht. Een onontbeerlijk „kwaad" is, in elk goed georganiseerd bedrijf, de boekhouding. Ik schrijf hier „kwaad", omdat, alhoewel elke fabriek zeer zeker de noodzakelijkheid van een goede boekhouding inziende, haar arbeid moet worden gerekend tot de niet onmiddellijk pro ductieve. Zij schept niet en brengt niet voort en voldoet dus niet aan een onmiddellijke behoefte in het wereldproces, maar kost veel geld. -698

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 78