Dat de dingen dezen gang namen is z. i. volkomen natuurlijk.
Onnatuurlijk is, dat men thans de nederlagen wijt aan het feit,
dat Benedek, door oppositie in zijn naaste omgeving, belemmerd
werd in de uitvoering der eigen denkbeelden
„Eine Opposition" Schlieffen weet het uit de krijgsgeschie
denis „ist keinem neu auftretenden Feldherrn, auch wenn er
Friederich der Grosse oder Napoleon hiess, erspart geblieben.
Der Krieg ist eine zu ernste Sache urn denjenigen, die doch
auch eine grosse Verantwortlichkeit fühlen, jeden Einfall eines
Feldherrnneulings annehmbar erscheinen zu lassen. Der biinde
Gehorsam wird erst durch Erfolge, durch die Überlegenheit des
Geistes und die Entschiedenheit des Willens gewonnen".
Dat alles ontbrak Benedek dus moest de oppositie zich
sterker voelen: de man, die theoretisch steeds aanviel, steeds
doch zich praktisch altijd in het meest uitgesproken defensief
liet dringen, moest ondergaan in een veldtocht, waarbij alles
aankwam op een snel en overweldigend offensief.
„Hieran wird sich wenig andern lassen, wenn auch geheime
Archive geöffnet, eiserne Schranke aufgeschlossen und die sieben
Siegel von Memoiren und Tagebüchern gelost werden. Man wird
ohne Zweifel bei emsigen Suchen noch manches Skandalhafte
entdecken, aber nimmermehr finden, dass Benedek ein Feldherr
gewesen, und auch nicht, dass er schuldlos von seiner Höhe
herabgestürzt ist". r
In deze studie rekent Schlieffen, profetisch, reeds voor den
wereldoorlog af met de Duitsche aanvoerders, die zijn levens
werk vanaf den eersten oorlogsdag zouden vernielen.
Hoe ziet Schlieffen den veldheer dan w 1
VI.
Schlieffen ziet de opdracht voor een veldheer in het volkomen
verslaan, het v e r n i e t i g e n van een tegenstander, zelfs van een
sterkeren tegenstander, van wien hij overigens niet weet, waar deze
zich bevindt, waarheen deze marcheert, en wat deze bedoelt.
Den weg, welken een veldheer kiest om dit doel te bereiken,
moet hij hardnekkig blijven volgen, hij moet alle hem tegenwer
kende omstandigheden kunnen overwinnen, hij moet snel een
hulpmiddel vinden tegenover eiken onvoorziene factor, hij moet
het gestelde doel door alles heen willen bereiken en alle
tegenslagen onberoerd aanvaarden.
744
An die Spitze eines Heeres, einer Armee wird ein
Oberkommandierender, ein Höchstkommandierender,
ein Generallisimus, ein Général en chef gestellt. Der
Sopveran, der Staatschef, der die Ernennung voll-
zieht, glaubt in dem Beförderten einen Feldherrn zu
besitzen. Er wird sich nicht selten enttauscht sehen.
Schlieffen. Der Feldherr.
