bestaat legio lectuur op dat gebied, welke voor een ieder ver krijgbaar is. Trouwens, bladerende in oude jaargangen van dit tijdschrift, vond ik in den jaargang 1883 een vrij uitgebreid artikel over „Militaire Kryptographie" van de hand van den toenmaligen Kapitein der Infanterie J. A. Vink (welk artikel grootendeels een vertaling is van een opstel van den toenmaligen Prof. Kerckhoff in de Jan.- en Febr.-afleveringen van het „Journal des Sciences Militaires'' van 1883). Ook in de Nederlandsche militaire vakbladen verschijnen af en toe besprekingen van punten of gedeelten uit het „Voorschrift Geheime Berichtenwisseling". Ook dit voorschrift is allerminst „geheim" en voor ieder verkrijgbaar. Bespreking van en gedachtenwisseling over geheimschrift systemen leenen zich zeer goed voor behandeling in onze vak tijdschriften, wekken belangstelling op, en vormen een stimulans tot het ter hand nemen van deze materie voor hen, die zich tot dusverre nog niet met deze wetenschap bezighielden. In het bovenstaande sprak ik enkele malen over het onderhouden van de training der cryptologenmen zou mij kunnen vragen hoe ik mij die training voorstel. Dit is moeilijk te beantwoorden, omdat mij uiteraard niet bekend is, in hoeverre bij militaire auto riteiten cryptogrammen binnenkomen, en in hoeverre die autori teiten genegen zijn, om die binnengekomen cryptogrammen ter ontsluiering in handen te stellen van de verschillende cryptologen. En tóch is het van belang, dat meerdere cryptologen tegelijker tijd het onderzoek (de ontsluiering) ter hand nemenimmers vóór dat een bepaald vercyferingssijsteem geheel „ausprobiert" is, verloopt een aanzienlijke tijd. Aan de cryptologen A., B C., enz. wordt dus een zéér nauwkeurig afschrift van het bepaalde cryptogram gezonden, met de pertinente opdracht om resp. sys teem pq., r., enz. in al zijn variaties „till the bitter end" te probeeren. Natuurlijk is er in het gunstigste geval slechts hoogstens één, die het juiste systeem blijkt te hebben opgekregenvan rivaliteit of ijverzucht onder de cryptologen mag dan ook geen sprake zijn, en de arbeid van de anderen moet natuurlijk even hoog worden aangeslagen als die van dengene, die opdracht ontving, om in de (achteraf gebleken) goede richting te zoeken. Zijn er geen militaire cryptogrammen te ontsluieren, dan zal er in dezen tijd van politieke actie ongetwijfeld bij andere Departe menten wel op dat gebied werk zijn over te nemen (bijv Justitie). Door deze samenwerking tusschen verschillende Departementen worden wederzijdsche waardeering en vertrouwen ten zeerste bevorderd. Dit overnemen van cryptografischen arbeid zal m. i. eerder regel dan uitzondering zijnhet a. s. Chiffreer-Bureau zal in 783

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 55