801 8. OVERZICHT VAN DE BESPREKINGEN OVER DE DEFENSIE IN DE EERSTE BUITENGEWONE ZITTING VAN DEN VOLKSRAAD. (vervolg; zie No. 7). Aanvullingen en toelichtingen gegeven op het programma van uitvoering der grondslagen. A. Algemeen. Van Regeeringswege werd er op gewezen, dat voor een kleinen of econo misch zwakken staat de mogelijkheden, dat zijn weermacht onvoldoend krachtig zal blijken, uiteraard talrijker zijn. Is de weermacht evenwel in juiste ver houding tot zijn middelen dan is de staat verantwoord tegenover zichzelf en tegenover anderen. In het oog moet echter worden gehouden, dat neutraliteitshandhaving, wil zij werkelijk iels beteekenen en meer zijn dan een gebaar, in de eerste plaats eischt het scheppen van een weermacht, welke gevechtskracht heeft, waarmede een belligerent dus rekening heeft te houden. Door een dergelijke weermacht kan worden bereikt, dat het voordeel, het welk een oorlogvoerende ziet in schending onzer onzijdigheid, in zijn schatting geringer wordt dan het nadeel dat hij zou hebben doordat die weermacht zich aan de zijde van zijn tegenstander zou scharen. Een bescheiden weermacht heeft daarbij reeds waarde, daar zij de balans kan doen overslaan. Het Opperbestuur ziet het vroeger gevreesde gevaar voor Java verkleind, acht echter neutraliteitsschending in de oliehavens op Borneo dreigend bij een conflict in het Oosten. De taak der weermacht, meer in het bijzonder die van het Leger, ligt dus voortaan gedeeltelijk op een terrein dat hr.ar vroeger vreemd was. Vandaar dat gesproken wordt van een verschuiving van krachten. De verdediging van de Buitengewesten rust op het opera tieve orgaan van de vloot, dat geheel los van Java is. Aan plaatselijke verdediging der Buitengewesten valt uit financieele over wegingen, niet te denken. Het inrichten van hulpsteunpunten voor de vloot bv. te Ambon en/of Sabang zou te groote financieele offers vragen, zoodat dit niet kan worden overwogenook ligt het niet in het voornemen op Madoera permanente verdedigingswerken aan te leggen, behalve wellicht anti-luchtvaart batterijen. Tarakan en Balikpapan moeten naar de inzichten van het Opper bestuur voor het tegenwoordige als bijzonder kwetsbare punten worden be schouwd waarom deze punten eene bezetting zullen krijgen. Door deze bezettingen wordt tevens bereikt, dat de vloot meer vrijheid van beweging krijgt, waarvan andere deelen der Buitengewesten voordeel trekken. Een en ander sluit evenwel niet uit, dat voor zoover zulks t. g. t. zal worden noodig geacht ook elders nog bijzondere voorzieningen zullen worden getroffen. De legering van troepen in de genoemde oliehavens (olie-opslagplaatsen en olie vindplaatsen) is reeds in vredestijd noodig omdat juist een neutraliteitsschen ding op deze aangelegen punten het karakter kan hebben van een coup de main. Het ten aanzien van deze zeer kwetsbare punten beoogde doel kan niet worden bereikt door, afziende van verdedigingsmaatregelen, de aldaar aanwe-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 73