814
gelijke wijze als bij paardentrekkrach tgroote wendbaarheid en gemakkelijke
bestuurbaarheid, beide voor de „Gelandegangigkeit" van het geschut niet te
missen".
„Ook als zg. „Infanterie-Begleitgeschütz", waaraan de taak toevalt om in
allernauwste verbinding met de infanterie zijn opdrachten uit te voeren, zal
mettertijd misschien alleen nog het in een gepantserde tank veilig opgestelde
geschut het veld kunnen houden, vooral nu deze ook bescherming tegen
gas biedt".
Gasoorlog.
Mil. Wochenblatt. No. 38. April 1930. Internationales Verbot des Gas-
krieges". Enkele beschouwingen naar aanleiding van de mededeeling der „Re
vue internationale de la Croix-Rouge (Dec. 1929)", dat het protocol van Ge
neve van 17 Juni 1925 betreffende het verbod van den gasoorloog (Protocole
concernant la prohibition d'emploi a la guerre de gaz asphyxiants, toxiques
ou similaires et de moyens bactériologiques") door 16 staten is geratificeerd,
nl. door Duitschland, Oostenrijk, België, China, Egypte, Spanje, Finland, Frank
rijk, Italië, Liberia, Perzië, Polen, Rumenië, Yougoslavië, Rusland en Venezuela.
Luchtstrijdkrachten.
Revue militaire suisse. No. 1. Februari 1930. „La guerre aérienne et
notre aviation", luitenant E. Naef.
„Het moderne jachtvliegtuig, machtig en snel, is het eenige dat in
den tegenwoordigen tijd kan worden gesteld tegenover de bombarde
mentsescadrille". Ongetwijfeld, wanneer de meer-motoren-kruisers, in gesloten
formaties zullen verschijnen, welke de toekomst thans nog voor ons verbor
gen houdt, dan zal men een andere machine moeten hebben. Thans is dat
vraagstuk er een van de tweede orde en zal vanzelfsprekend zoowel bij ons
als in andere landen, daar kunnen we van verzekerd zijn, het onderwerp
van nadere studie vormen".
Revue militaire suisse. No. 2. Februari 1930. „Quelqu.es reflexions sur
I' aviation de chasse."
In het slot lezen we de volgende algemeene conclusie, waartoe de schr.
komt„Het jachtvliegtuig, als voorgesteld om te worden toegevoegd aan
onze militaire luchtvaart, (300 kilometer per uur en een plafond van 8000
meter) bezit eigenschappen, welke volkomen beantwoorden aan hetgeen men
ten rechte tegenwoordig en in de naaste toekomst van een dergelijk vliegtuig
mag verwachten. Het lijkt niet aanbevelenswaard nog langer te wachten op een
vliegtuig dat wellicht nog in kleinigheden meer volkomen zou kunnen zijn,
maar dat in de aangegeven eigenschappen, niet supérieur zou zijn aan het
beschreven type".
Journal of the royal united service institution. No. 497. Februari
1930. The attack of daylight bombing formations", C. R. Samson. „De
aard van de formatie, gebruikt door de bombardements-vliegtuigen, moet tot
zekere hoogte onze tactiek beïnvloeden. We moeten tevens niet vergeten dat
de bewapening der bombardements-vliegtuigen veranderlijk kan zijn, over
eenkomstig de plaats welke zij innemen in de formatie. Maar deze feiten
weerhouden ons niet van het volgen van zekere hoofdlijnen; in ieder geval
is het duidelijk dat we niet voor iedere vijandelijke formatie een verschillende
aanvalswijze kunnen hebben, want de oefening van onze vliegers in het tegen
woordige stelsel voorspelt succes in meer dan twee of drie aanvalsmethoden.
Speciale escadrilles, met vliegers van hooge individueele bekwaamheid, die
gedurende langen tijd samen zijn geweest, zullen ongetwijfeld in staat zijn
zich iedere nieuwe methode snel eigen te makenmaar de doorsnee-escadrille
zou ongetwijfeld falen, indien te veel van haar werd gevraagd".
Afweer van luchtstrijdkrachten.
Revue militaire suisse. No. 3. Maart 1930. „La guerre aéro-chimique
et la defense anti-aérienne"Ir. M. S. de Stackelberg. We vinden thans behan-