Die vernietigingsslag kan ook in moderne tijden geslagen worden, mits men den hoofdaanval niet richt op het vijandelijke front, mits men niet daartegen de massa's verzamelt en de reserves op stelt: de flanken moeten worden ingedrukt. En die flanken moeten niet gezocht worden op de vleugelspitsen van het front, maar over de geheele diepte en uitbreiding van de vijandelijke opstelling. De vernietiging wordt tenslotte door een aanval in den rug besloten. Want al kan ook een front aanval, ondanks alle daaraan ver bonden bezwaren nog wel gelukken (Schlieffen hield ook n a den Russ.-Jap. oorlog aan deze meening vast), zij bereikt toch in het gunstigste geval nog maar geringe resultaten de tegenstander wordt teruggedrukt, doch biedt na eenigen tijd opnieuw tegenstand. En instede dat men een snelle beslissing verkrijgt, staat men tegenover de rampen van een zich voortslependen oorlog. De veldheer zal er in de toekomst echter w e 1 rekening mee dienen te houden, dat, al zijn de grondgedachten der strategie niet veranderd, de omstandigheden, de bijkomstigheden w e 1 ver anderd zijn. De 220.000 man van Königgratz, de 186.000 man van Grave- lotfe beteekenen niets meer tegenover de massa's van een toekorn- stigen oorlog de slagen der toekomst zullen een uitbreiding krij gen, een ïuimte omvatten, welke zelfs de stoutste fantasie niet kan benaderen, profeteert Schlieffen reeds in 1909. Zoedoende ziet hij de concentratie v r en het oprukken t t den beslissenden slag dan ook onder eigen belichting. „Der Anmarsch zur Schlacht beginnt, sobald die Truppen die Eisenbahn verlassen haben. Von den Endbahnhöfen aus werden Korps und Divisionen, die ei.nen den Marsch beschleunigend, die andern etwas verhaltend, den Platz zu erreichen suchen, der ihnen in der Schlachtordnung angewiesen ist. Da die Gefechtsfronten sich verbreitern, so werden auch die den Schlachtfeld zustrebenden Kolonnen mindestens in der nam- lichen Breite marschieren können, die sie im Gefecht ein- nehmen sollen. Das Zusammenziehen zur Schlacht wird an Bedeutung verlieren. Diejenigen Korps, welche auf den Feind stossen, werden den Kampf, ohne auf weitere Unterstützung zu rech- nen, durchführen müssen" (men denke in dit verband aan de voortdurende hulpkreten van von Bülow tijdens de gevechten aan de Sambre-Maas in Augustus '14). Op deze wijze oordeelt Schlieffen de vernietiging van een meerderheid door een minderheid nog altijd bereikbaar, mits aan het hoofd van die minderheid ook een werkelijke veldheer 737

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 9