Indien het doel ver achter de linies ligt, moet op grootere hoogte genaderd worden. Het is nl. zeer moeilijk bij vliegen laag langs den grond (30 Meter of minder), den juisten weg te volgen, tenzij het doel vlak achter de linies ligt, b. v. tijdens den aanval van de eigen infanterie of een markanten weg gevolgd kan worden. Zoo mogelijk wordt van wolken en gunstige winden gebruik gemaakt. Boven vijandelijk terrein moet zoo grillig mogelijk worden gevlogen. Indien laag langs den grond wordt genaderd, moet in de na bijheid van het doel gekomen, eerst de noodige hoogte worden genomen voor het inzetten van den aanval, doch er dient tegen te worden gewaakt, dat niet wordt geklommen onder vuurbereik van de vijandelijke afweerwapens, daar op deze wijze een te gemakkelijk doel wordt geboden. Vanaf een hoogte van 5 a 600 Meter wordt op het doel ge stoken. Door zoo steil mogelijk te steken, zal de piloot zijn mitrail leurs gemakkelijk op het doel kunnen richten, of zijn bommen met groote snelheid bijna loodrecht op het doel laten vallen. Onmiddellijk na het afvuren van zijn mitrailleurs of het afwerpen van zijn bommen moet het toestel in de bocht worden gezet en steil opgetrokken, teneinde zich zoo spoedig mogelijk aan het vuur van den verdediger te onttrekken. Een bepaalde hoeveelheid munitie moet steeds worden op- bewaard voor mogelijke ontmoetingen met vijandelijke luchtstrijd krachten op den terugweg. Gecombineerde aanvallen. Gecombineerde aanvallen uitgevoerd door afdeelingen van ver schillende soorten luchtstrijdkrachten in samenwerking met elkaar beoogen het verkrijgen van een maximum moreel en materieel effect. Het voordeel van gezamenlijk optreden ter ondersteuning van elkaar is gelegen in het feit, dat de karakteristieken van elk type toestel op de beste manier kunnen worden benut, zoodat een dergelijke formatie een zoo groot mogelijke aanvalskracht kan ontwikkelen, zoowel tegen doelen op den grond, als tegen mo gelijk optredende luchtstrijdkrachten. Bij voorkeur zal zulk een formatie bestaan uit le. Eénzitsjagers, welke door hun snelheiden manoeuvreervaar digheid zeer geschikt zijn voor de aanvallen laag langs den grond 2e. Lichte snelle bommenwerpers, welke op een zoodanige hoogte hun bommen afwerpen, dat een groote trefkans is gewaarborgd. 3e. Jagers, welke tot taak hebben, de laagvliegende afdeelingen tegen aanvallen van boven en van achteren te beschermen. 864

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 46