Hoewel deze curve voor zichzelf spreekt wil ik nog het vol gende naar voren brengen I. Bij de Europeanen is het aantal typhusgevallen veel grooter dan bij de Inlanders. Betere hygiënische voorwaarden voor Inlanders vergeleken bij de Europeanen kan men moeilijk aannemen. Vermoedelijk moet hiervoor de verklaring gezocht worden in de geringere vatbaarheid van de Inlanders voor de typhus- infectie. Deze z. g. „relatieve rasimmuniteit" wordt waar schijnlijk verkregen door de herhaalde infecties van de In landers in de jeugd, hetzij met bepaalde typhusstammen, hetzij met verzwakte typhusbacillen. Zoo leeren andere onderzoekingen b.v. dat deze relatieve immuniteit alléén be staat voor bepaalde, in het eigen land voorkomende typhus stammen, en dus niet voor de hun vreemde typhusbacillen. II. Zeer frappante daling der frequentie voor alle landaarden na de instelling der massa-vaccinaties in 1915. III. De daling is bij de Inlanders veel sneller dan bij de Euro peanen. Waarschijnlijk is de veel vluggere en meer intensieve massa-vaccinatie bij de Inlanders hiervan de reden. Reeds in 1918 werd, dank zij het geringe aantal weigeraars een per centage van 70 °/o volledige inentingen bij de Inlanders bereikt, terwijl dit aantal bij de Europeanen in 1918 nog slechts 46 °/0 bedroeg. IV. Na het bereiken van een bepaald minimum (voor Euro peanen in 1924 en Inlanders in 1918) blijven nog vrij groote jaarlijksche verschillen over. Hun aantal hangt af van a. het aantal weigeraars. b. de hygiënische omstandigheden. c. de virulentie der bacillen. Hierbij moet men niet vergeten, dat er menschen bestaan, die niet te immuniseeren zijn door een vaccinatie. Dit zijn de candidaten die 2 of soms 3 X typhus krijgen. Hun aantal is waarschijnlijk geringin elk geval, waar niemand weet of hij tot deze categorie behoort, nooit een geldend motief voor weigering der vaccinatie. V. Uit de curve is niets op te maken wat zou kunnen wijzen op eenigen invloed (en dan ten nadeele) van de sinds 1927 door den Militair Geneeskundigen Dienst ingestelde verlen ging der tusschenpauze van de vaccinatie van 2 1 jaar. Teneinde het argument van velen te ontzenuwen als zou de, niet te loochenen, sterke vermindering van het aantal typhusgevallen sinds 1915, louter een gevolg zijn van de betere hygiënische maatregelen in de laatste jaren, diene het volgende 885

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 67