kregen door op veel grootere hoogte te vliegen, maar de be dreiging wordt practisch geheel geëlimineerd, indien wij niet hori zontaal maar in scheer- of duikvlucht zouden kunnen aanvallen. De opdracht omvat thans niet twee, maar meerdere objecten de herstelling in de spoorbrug, de herstelling in de brug in den kunstweg, de tijdelijke brug, de herstellingsw erkzaamheden. Het laatstgenoemde doel wijst er op, dat niet alleen tegen materieel, maar ook tegen levende objecten geageerd kan worden. De materiëele doelen zelf zijn eveneens verschillend van die bij opdracht 1. Thans wordt geen vernieling gevraagd van zware, weerstand biedende constructies, maar slechts van een nood brug en van reparatie-werk, waartegen men kan verwachten dat kleine (25 K.G.-) bommen reeds genoeg resultaat zullen ople veren. De gedachte aan den slagaanval met mitrailleurs en scherf- bommen begint zich naar aanleiding van deze overwegingen aan den C. L op te dringen, hoewel hij begrijpt, dat hier toch meer sprake zal moeten zijn van een overgangsvorm tusschen slag- en bomaanval. De bezwaren van den echten slagaanval, welke ge heel in scheervlucht wordt uitgevoerd, zijn nl. dezelfde als wij hierboven reeds aangaven het opstuiten en de vertraging der bommen. Het is waar dat in dit geval minder nadeel zal worden ondervonden van het ricocheteeren op zichzelf, want indringing is bij het lichte materiaal waartegen de aanval wordt gericht, geen noodzakelijk vereischte, maar wel levert de vertraagde wer king een groot bezwaar op de kans is bij de geboden smalle doelen overmatig groot, dat de bommen na het verloopen van den vertragingstijd ergens buiten het doel zullen springen. Daarom besluit hij, den eigenlijken aanval op een dergelijke hoogte uit te voeren, dat de vliegtuigen ook zonder het gebruik maken van een langdurige vertraging, geen kans op beschadiging loopen en bij het werpen van sc/zer/bommen meent hij deze hoog te op 150 M. te kunnen stellen. Daar de bombaan hierbij reeds meer naar de verticaal neigt en dus op het lichte materiaal van noodbrug en brugherstellingen voldoende indringing zal worden verkregen, behoeft geen snelwerkende buis te worden gebezigd, een vertraging van 0.1 sec. is ook in dit geval het beste op haar plaats. De nadering kan, de diepe ligging der objecten in de vallei van de Toentang-rivier in aanmerking nemende, geheel in scheervlucht en dus verrassend worden uitgevoerd vlak over den grond naderende is het toch mogelijk om boven het doel de gewenschte hoogte van 150 M. te bereiken. Verder moet nog worden geconstateerd, dat de trefkans onder de vrij groote hoogte van 150 M., waarbij zooals wij hebben gezien, nog niet met den richtkijker kan worden gewerkt, zal 936

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 10