1017 La revue d'infanterie No. 453. Juni 1930. „Le ravitaillement en mu nitions dans l'artillerie", luit. kolonel Aublet. Schr. behandelt het zeer groote- munitieverbruik door de artillerie gedurende den wereldoorlog. In 1916 ver schoten de Franschen op de Duitsche aanvallen tegen Verdun gemiddeld 120.000 granaten per dag gedurende 6 maanden. Op enkele dagen 250.000 Sommige stukken van 75 mm. deden per dag 1000-1200 schoten. In 1916 verschoot de Fransche artillerie aan de Somme in 18 dagen (24 Juni-10 Juli> meer dan 2 millioen projectielen (262 per dag en per stuk). In 1917 tijdens de voorbereiding van den aanval op La Malmaison werden 467 schoten per stuk en per dag afgevuurd gedurende 6 dagen; op den dag van. den aanval zelf 833 schoten per stuk. De vragen, welke zich voordoen in dit verband omschrijft de schr. als volgt: „Welke zijn de hoeveelheden munitie, waarover onze kanonnen kunnen beschikken bij het begin van een toekomstigen oorlog Welke hoeveelheden hebben zij tot hunne onmiddellijke beschikking op het slagveld Hoe zullen ze worden voorzien van munitie tijdens het gevecht?" De afdeeling van 75 mm. heeft per stuk 277 schoten in de batterij 4- munt tiecolonne. De afdeeling van 155 kort heeft per stuk 58 schoten in de batterij munitie-colonne. In totaal (met de voorraden van de paarden- en auto-munitie-colonnes)- zijn te velde dadelijk beschikbaar per stuk van 75 mm. 418 schoten en per stuk van 155 kort 115 schoten, d. w. z. munitie voor 4 uur voortgezet vuur. tegen 7 in 1914. Gasoorlog. The Field Artillery Journal. Mei-Juni-nummer 1930. Onder „The- Field Artillery Boardlezen we in: „Gas Masks for Horses" omtrent gehou den proeven het volgende „De gemiddelde tijd gedurende welken de paarden de maskers telkens. ophadden, was twee uur en de maximum tijd dat het masker werd gedragen vier uur. De volgende conclusies werden gemaakt betreffende de resultaten van de proef: a. de maskers veroorzaakten geen schaafwonden aan de hoofden der paarden b. nadat de menschen en de dieren aan de maskers gewend waren, bedroeg de gemiddelde tijd, om het masker te voorschijn te halen en het op het hoofd van het paard te plaatsen 2l/2 minuut; c. wat betreft het weerstandsvermogen van het paard gedurende het dragen van het masker werd het voigende aangeteekendEr was geen merkbare invloed op het uithoudingsvermogen gedurende het stappen. In draf echter hadden sommige paarden last met ademhalen en werden zeer warm; alle dieren hoestten, na een korten tijd gemarcheerd te hebben. De temperatuur van de atmosfeer maakte geen merkbaar verschil bij de ademhaling door de maskers, maar bij vochtige of natte dagen schenen de maskers bij de ademhaling meer moeilijkheden te geven; d. het bit of de teugel vormde geen verhindering voor het goed passen van het masker of het goed opzetten op het paard e. alle dieren verzetten zich méér tegen het opzetten van het masker dan zij deden tegen het optuigen f. de meeste dieren gewenden aan het opzetten van het masker g. onder alle weersomstandigheden en bij iedere temperatuur was er eenig schuim en speeksel in de maskers als ze werden afgezet, maar niet zoo veel dat de paarden er last van hadden". Infantry Journal No. 6. Juni 1930. „Chemical tacticsluit. kolonel C. E. F. Lull. „Voor de opleiding van den troep in de bescherming tegen gas en in de uitoefening van hunne normale functies bij aanwezigheid van gas zijn de compagnies- en hoogere commandanten rechtstreeks verantwoor delijk. Deze verantwoordelijkheid is af te leiden uit het beginsel dat ieder officier aansprakelijk is voor de gevechtskracht van de troepen onder zijne

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 93