1022 demie te Turijn en Modena (driejarige opleiding) waarop hetzij leerlingen vau de twee cadettenscholen (Rome en Napels) of studenten, kortelings tot de hoo- ge school toegelaten, worden opgenomen. (Een deel van de officieren van de ko loniale troepen komt voort uit de reserve-officieren daarvan). Een vierde deel van het aantal officiersplaatsen kan worden bezet door onderofficieren, niet ouder dan 28 jaar, die een tweejarigen cursus hebben gevolgd met gunstigen uitslag. Voor de voortgezette opleiding van de officieren bestaan een aantal militaire scholen en vakcursussen. De generale staf-officieren zijn afkomstig; van de krijgsschool te Turijn (driejarige opleiding), n het officierskorps heeft de bevordering tot en met luitenant-kolonel plaats volgens de ranglijst en daarna volgens geheel vrije keuze. Italië behoort tot die staten, waar een leeftijdsgrens is ingevoerd; de opper- en stafofficiersrangen worden op betrek kelijk zeer jongen leeftijd bereikt". Mil. Wochenblatt. No. 46. Juni 1930. Organisation der Pionierë'.. „Verdubbeling der tegenwoordige pionierbataljons moet geëischt worden.. Deze 14 bataljons zijn niet voldoende om infanterie en cavalerie van de noodige pioniers ter uitvoering van pionieropdrachten binnen de troependeelen zelf, te voorzien. Vreemde staten hebben dit opgelost door uit de infanterie infanterie-pionier-compagnieën te vormen. Deze blijven onderdeelen van de regimenten. De officieren dezer infanterie-pionier-compagnieën echter zijn, pionier-officieren, die door de pionier-bataljons op kosten der infanterie zijn aangenomen en opgeleid. Zij zijn, zoolang ze bij de infanterie-pionier-com pagnieën zijn ingedeeld, ondergeschikten van het regiment infanterie. Op gelijke wijze kan het vraagstuk bij de cavalerie worden opgelost". Eveneens in No. 46: „De moderne Division" (n.a.v. een opstel in The Royal Engineers Journal). De organisatie van een moderne divisie wordt als volgt omschreven: 1 regiment divisie-cavalerie (1 mitrailleur-eskadron,. 1 sectie tankafweer, 2 eskadrons te paard, 1 compagnie vechtwagens a 16 wagens, 3 Brigades Infanterie van elk 4 bataljons (1 bataljon bestaande uit stafcompagnie met 4 tankafweerwapens, 1 mitrailleur-compagnie en 3 infanterie- compagnieën), een divisie-artillerie bestaande uit 3 afdeelingen veld-artillerie (elke batterij 6 stukken) en 1 batterij houwitsers, 3 compagnieën pioniers,. 1 parkcompagnie en 3 verbindingscompagnieën. Verpleging. Heeresteehnik. No. 6. Juni 1930. Ueber einen neuen Wegzur Wasserent- keimiing", Ir. Dr. A. Karsten. Na opsomming van eenige bekende methoden om water van ziektekiemen te zuiveren, zegt schr. „Na deze in de praktijk toegepaste methoden is thans een nieuwe, op oligo- dynamische beginselen berustende methode gekomen, waaraan de uitvinder,, de bekende Miinchensche Ir. Dr h.c.G. A. Krause den naam „Katadyn" heeft gegeven. Deze nieuwe, wel meest volmaakte methode is een chemisch-physische. Het van kiemen gezuiverde water lijdt nóch in smaak, noch in reuk, het is zuurstof-rijker en smaakt hierdoor zelfs verfrisschend. Door jarenlange klinische en dierproeven is in ieder opzicht de onbetwistbare hoedanigheid van derge lijk water beproefd geworden. Het houdt zijn zuiverheid, zelfs dan wanneer men het wederom met meerdere millioenen kiemen per cm.3 verontreinigt,, daar ook deze na korten tijd worden gedood. De methode berust op de ontdekking van den bekenden botanicus C. von Nageli, welke reeds in de negentiger jaren van de vorige eeuw werd mede gedeeld (Schweizer Naturforscher Gesellschaft, Band 33, 1, 1893). Metalen kunnen behalve de langst bekende chemisch-giftige, ook nog een pheno- menologisch geheel andere, een oligo-dynamische werking ontwikkelendat wil zeggen, dat hier giftwerkingen optreden van geheel anderen aard, welke door zeer kleine hoeveelheden (oligos weinig) bewerkstelligd worden". Scheidsrechterlijke dienst. The Journal of the Royal Artillery. No. 2. Juli 1930. „Artillery umpiring",. G. L. Appleton. Na een schets zijner ondervindingen bij manoeuvres opgedaan, zegt de schr. o. a.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 98