worden beschouwd, indien met groote waarschijnlijkheid blijkt dat de nauwkeurigheid van de peiling 25—50 m. bedraagt. Indien echter een grootere afwijking ontstaat, welke na een serie van peilingen nagenoeg constant blijft, dan zijn door de posten als regel fouten gemaakt en wel a. een of meerdere posten hebben een fout gemaakt in de meting. b. de stand van het kijkerinstrument is verkeerd afgelezen. c. het instrument is foutief georienteerd. d. de plaats van den post is niet nauwkeurig vastgelegd. In normale gevallen mag tot op afstanden van 8 km gerekend worden op een nauwkeurigheid van 25—50 m. Het lijkt ons niet ondienstig, voor wat betreft de nauwkeurig heid, eenige gegevens in herinnering te brengen uit het Weten schappelijk Jaarbericht 1929. De Kapitein der Artillerie H. L. Maurer schrijft daarin op blz. 110: Van 7 April 8 Augustus 1918 werden door het 1ste Fransche leger vastgesteld 974 batterijen door 3 geluidmeetaf- deelingen en 794 batterijen door 3 lichtmeetafdeelingen [peiling). De meetfouten bedroegen kleiner dan 50 m34% peiling. 50—100 m 48% peiling. grooter dan 100 m18 peiling. Hieruit blijkt, dat bij meetfouten kleiner dan 50 m, ruim 260 batterijen werden vastgesteld in vijf maanden tijds, bij meetfouten van 50—100 m bijna 300 batterijen. In verhouding met de verkregen resultaten van den veel kost baarder geluidmeetdienst, maakt de lichtmeetdienst geen kwaad figuur Wat schrijft het V. V. V. D. A. voor aangaande het minimum aantal posten en de eischen van opstelling? Wij lezen dan op blz. 43, punt 100 2e alinea„Meldt het peilbericht „directe waarneming niet mogelijk" dan zullen meer dere peilingen, waarvan de zekerheid bestaat, dat ze betrekking hebben op hetzelfde doel, worden afgewacht, alvorens het H. A. V. D. dit doel met bijbehoorend nummer rapporteert" en in punt 101 „De zekerheid hierboven bedoeld kan worden ver kregen op verschillende wijzen a. door het verkrijgen van drie peilingen, welke door eenzelfde punt loopen enz." Uit boven vermelde punten blijkt, dat een minimum van drie posten niet is voorgeschreven. Ons inziens lijkt het wel ge- wenscht een minimum van drie posten aan te geven, aangezien 1062

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 38