schetsen worden nagegaan, welke posten hiervoor in aanmerking
komen.
Wordt een verschijnsel waargenomen, dan richten de lichtmeet-
posten met hun georiënteerd toestel op dit verschijnsel en lezen
de azumith's af.
Deze aflezingen worden telefonisch gemeld aan de meetcentrale;
posten en meetcentrale staan telefonisch met elkaar in verbinding.
De metingen of peilingen van de posten kunnen worden on
derscheiden in
a. de afzonderlijke meting.
b. de gelijktijdige meting.
ada. De afzonderl ij ke meting.
De afzonderlijke meting geschiedt wanneer omtrent de ligging
van doelen nog weinig bekend is en het vijandelijk artillerievuur
zich beperkt tot weinige batterijen. Deze omstandigheid kan zich
voordoen bij de vernielingsvuren, welke aan de inleidende vuren
vooraf kunnen gaan.
Bij deze wijze van meting geeft elke post met opgave van tijd
en eventueele bijzonderheden, de waargenomen verschijnselen op
aan de meetcentrale, welke daarna een verband tracht te zoeken
tusschen de verschillende meldingen van de posten.
Deze tijdmelding heeft alleen zin wanneer in alle posten, tot
in seconden nauwkeurig, met denzelfden tijd rekening wordt ge
houden. Door de meetcentrale worden nu de horloges geregeld,
op een wijze, welke kortheidshalve niet zal worden aangegeven.
ad b. De g e 1 ij k t ij d i g e meting.
Blijkt uit de afzonderlijke metingen, dat een bepaald verschijnsel
door alle of het meerendeel van de posten wordt aangepeild,
dan wordt door de meetcentrale een gelijktijdige meting in het
leven geroepen.
Bij deze meting wordt één post als z.g. leiderpost aan
gewezen. Deze post leidt de tijdstippen van aflezing bij het zien
van het verschijnsel.
Ziet de leiderpost het verschijnsel, dan zegt hij door den
borstmicrofoon „nu" op welk tijdstip alle posten richten op het
verschijnsel en dit zoolang herhalen tot alle metingen als „vast"
kunnen worden aangenomen.
Deze wijze van meting wordt, indien mogelijk, steeds toege
past bij het opsporen van vijandelijke batterijen; de post, welke
een batterij het eerst ontdekt, kan dan door de meetcentrale
worden aangewezen als leiderpost.
In het laatste geval zal door de meetcentrale ongeveer de
richting worden opgegeven van het verschijnsel aan de overige
posten.
1065