de richting, waarin de posten moeten waarnemen, bepaald of berekend. Er wordt ingeschoten met één vuurmond, den inschietvuurmond. Van te voren wordt een proefschot afgegeven. Op het licht- meetplanchet wordt door middel van de opgegeven richtingen van de posten, het geprojecteerde springpunt bepaald (systeem trefferblad). Met het hoogteplanchet wordt de springhoogte in m. opgezocht en op het baanplanchet het daarbij behoorende interval in m. afgelezen. Blijkt nu het eindpunt van de baan niet door het doel te gaan dan wordt, indien deze afwijking meer dan 100 m. bedraagt, een tweede proefschot afgegeven. Tevens wordt eventueel voor de zijdelingsche richting gecorrigeerd. Levert het tweede proefschot gunstige resultaten op, dan wordt een serie van 6 schoten afgegeven, zoo niet dan wordt nogmaals een proefschot afgevuurd. Op het lichtmeetplanchet wordt het gemiddeld trefpunt van die 6 schoten bepaald, teneinde een correctie te kunnen aanbren gen voor het gewenschte trefpunt Een hoofdvereischte voor het inschieten is een goede samen werking tusschen de meetcentrale en de vurende batterij. Voor deze samenwerking wordt verwezen naar vorenstaand schema (zie pag. 1072 en 1073). Ook het V. V. V. D. A. geeft aan, dat de commandanten van peilposten kunnen worden belast met het inschieten. In punt 63 3e alinea staat voorgeschreven: „Hij kan worden belast met het inschieten van een of meerdere batterijen, bij welke taak het hem toegevoegde personeel voor zooveel noodig behulpzaam is". Eveneens geven de punten 86 en 87 aan, hoe een zijpost door den batterijcommandant wordt geïnstrueerd bij indirecte waarne ming van een vuur. Hoe echter de verschillende posten moeten samenwerken bij het inschieten op een doel of vuurverschijnsel is niet duidelijk aangegeven. De organisatie van den lichtmeetdienst. Reeds werd aangegeven de samenstelling van een lichtmeetaf- deeling. De afdeeling, welke bij de voorloopige organisatie zal moeten bestaan uit 3 secties a 2 posten, zou dan worden inge deeld bij het artillerie-commando van een divisiegroep. De voorgestelde indeeling berust op de volgende taktische- en technische eischen. Ie. Uit het voorgaande is gebleken, dat een vuurverschijnsel alleen dan met groote nauwkeurigheid kan worden bepaald, indien het door 4 posten wordt aangepeild. 1074

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 52