Daar tevens de mogelijkheid bestaat, dat een of meerdere posten het doel niet kunnen zien of dat zij door hun op stelling vuur tot zich trekken en zich dan moeten dekken of verplaatsen, zal over een reserve aan posten moeten worden beschikt. Vandaar een samenstelling uit 6 posten. '2e. De Nederlandsche divisie, in divisiegroepsverband, zal in het algemeen geen grootere frontbreedte innemen dan ongeveer 3 km.soms wat meer of wat minder in verband met het terrein. Wordt nu per divisie een lichtmeetafdeeling a 3 posten ingedeeld, dan zullen de posten, bij gunstige opstelling, hoogstens v)2 km. van elkaar verwijderd zijn. In verband met de tegenwoordige groote schootsafstanden (8 tot 10 km.), zullen de waarnemingslijnen van de posten zich onder kleine hoeken snijden, waarvan het gevolg is een minder nauwkeurige doelsbepaling. Het streven moet dus zijn de tusschenruimten van de posten te vergrooten en dit is praktisch mogelijk door de lichtmeetafdeeling a 6 posten in te deelen bij een divisiegroep. 3e. Indeeling bij een divisiegroep maakt onderverdeeling van de lichtmeetafdeeling mogelijk, waardoor de afdeeling ook tijdens den naderingsmarsch economisch kan worden benut. Het optreden van een lichtmeetafdeeling tijdens De indeeling van een lichtmeetafdeeling in 3 sectie's maakt ihet mogelijk haar te gebruiken tijdens een naderingsmarsch. Tijdens dezen marsch zal de divisiegroep in het algemeen zijn opgelost in marschcolonnes. Aan eiken colonnecommandant kan dan een sectie worden toegevoegd, om in het vak van de divisie waarnemingen te verrichten. De sectie blijft echter in divisie- groepsverband, wordt slechts tijdelijk aan den colonnecomman dant toegevoegd. De derde sectie blijft voorloopig in reserve. De sectie's, toegevoegd aan de colonnecommandanten, worden ingedeeld aan den staart van de voorhoede en gaan, in verband met hun middelen van versneld vervoer, sprongsgewijze van punt tot punt vooruit. De sectie-commandant bevindt zich als regel bij den colonnecommandant. Acht deze het wenschelijk een bepaalde terreinstrook te verkennen, dan ontvangt de sectie-commandant 'hiervoor de noodige gegevens. De sectie-commandant gaat met zijn beide postcommandanten ter verkenning naar voren en laat z. n. de sectie aantrekken tot een bepaald punt. Is een post gevonden, dan wordt per motoror- donnanse de postbezetting aangetrokkenintusschen wordt de postcommandant zoo veel mogelijk georienteerd in het terrein. Daarna wordt z. m. de tweede post verkend en ingerichtvervol gens de post voor den sectie-commandant, welke liefst aan den jmarschweg moet liggen. In dit stadium is van telefonische ver- 1075 DEN NADERINGSMARSCH.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 53