1089 2. Verdun. Een wat wij zouden kunnen noemen onbelangrijk provinciestadje, dat thans 14000 inwoners telt, maar door zijn hoogst belangrijke geschiedenis toch een bezoek waard is. Ik herinner slechts aan eenige feitenin 500 werd Verdun door Clovis veroverd, in 984 door den Franschen koning Lotharius heroverd, in 1792 door den Hertog van Brunswijk veroverd en eenige weken laten weer verlaten in 1870 moest Verdun aan de Duitschers capituleeren, die de stad op 13 September 1873 weer verlieten, nadat de Fransche oorlogs schatting geheel was afbetaald. Het is niet doenlijk om de vele mooie oorlogsmonumenten welke wij in en om Verdun zagen te beschrijven; slechts willen wij de aandacht vestigen op het door Rodin geschapen „Monument a la gloire de la France en de Verdun" op de Place de la Roche, welk monument door Hollanders aan de stad Verdun werd geschonken. Ook bezochten wij nog de onderaardsche galerijen van de Citadel, een tien kilometers lang net van tunnels, 20 m. onder de rotsen geboord, en voorzien van breede kazemattenhet geheel centraal verwarmd en electrisch verlicht. 3. Het bezoek aan de slagvelden begon met den rechter MAAS-oever waar voor wij verwijzen naar de bijgevoegde schets 1. De eerste indruk bij het betreden van de MAAS-heuvels is wel, dat de ver dediging hier zeer sterk kan zijn, door de vele hoogteruggen welke elkaar flankeeren en dekken, en het in 't algemeen goede schootsveld. Den steilen Cöte du Poivre opgereden zijnde, hielden wij halt bij het dorp Louvemont; d. w. z. bij de plaats, waar eens het dorp had gestaan. Nü waren er slechts met gras en bloemen volgegroeide springkuilen en was er letterlijk niets meer van het dorp overgebleven. Een zoo volmaakte vernieti ging van een geheel dorp was wel de eerste scherpe indruk, dien wij ont vingen. Later zagen wij genoeg van die plaatsen waar eens dorpen waren, zooals Vaux, Cumieres, Vauquois, Craonne en tal van anderemaar de eerste indruk was toch wel sterk. Van Louvemont werd een „tour d'horizon" gegeven in de richting van de Duitsche linies vóór het groote offensief van 1916. Dat offensief (21 Februari 1916) kwam ondanks het uitgesteld aanvangstijdstip toch nog wel als eene verrassing, zoodat de bezetting in het weliswaar zwaar versterkte vak ten Oosten van Brabant in de eerste dagen niet meer bedroeg dan 1 a 2 com pagnieën infanterie (in le linie) per kilometer front Dat de Duitschers zich door deze zwakke bezettingstroepen 1 a 2 dagen hebben laten ophouden, wijst eenerzijds zeker op de groote opofferingsgezindheid en de taaie vast houdendheid der Fransche troepen, maar anderzijds ook op weinig door tastendheid van de Duitschers Op den oorspronkelijk vastgestelden begindatum van den aanval (12 Februari) bedroeg de bezetting van het front Brabant-Ornes aan Fransche zijde: de versterkte brigade van de 72 res. Div. met 5 veldbatterijen. Toen door het hondenweer de aanval moest worden verschoven tot den 21 Februari was het Fransche front aanzienlijk versterkt: 72 res. Div., 51 res. Div. en veel zware artillerie. Wellicht is deze geringe doortastendheid te verklaren uit het feit, dat hoewel de aanval op Verdun als een verrassende doorbraak op het N.-front was bedoeld, de aanval toch begon met een soort „inleidend gevecht". Punt 2 van het aanvalsbevel luidde nl „Am 12.2 (verlaat tot 21/2) 5 nachm. „ist in den Abschnitten A-C von den Armeekorps mit lichten Schützenlinien gegen die 1. Linie des Feindes vorzufiihlen und diese in Besitz zu neh- ,"men1st es gelungenu. s. w. Bij de bespreking werd dit al opgemerkt: „Als zusammenfassend der Div. „Komm. noch etwa nach bestehenden Zweifeln fragte, wurden solche sofort

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 67