moesten steeds de beste manschappen aan de niet te velde zijnde
bataljons worden onttrokken. Deze ervaring leidde tot de oprich
ting i) van de Depötbataljons en eene herindeeling van de 18
veldbataijons.
Na de totstandkoming van deze herindeeling zouden de bataljons
zijn samengesteld als volgt.
1 (1°) bataljon van 2 Eur. en 2 Afr. compagnieën.
3 (2°, 3° en 4°) id. van 2 Eur. en 2 Amb. compn.
4 (5°, 6°, 7°, 8") id. van 2 Eur. en 3 Inl. compn.
10 (9° t/m 18°) id. van 1 Eur. en 3 Inl. compn.
Deze reorganisatie ging weder gepaard met een verzwakking van
de compagnieën n. 1. tot een sterkte van 140 man.
Onder invloed van de terugloopende werving van Europeanen,
is in de indeeling van de landaarden nog verschillende malen ge
wijzigd.
Zoo zien we in 1902 een indeeling van de landaarden als volgt
1153
Eur.
Afr.
Amb.
Inlanders.
le Bataljon
le
2e, 3e en 4e
De Afr. bij het 7e
2e
le
2e, 3e en 4e
te (Soerakarta) in
3e
le
2e, 3e en 4e
mindering van het
4e
le
2e, 3e en 4e
aantal Eur.
5e
le en 4e
2e en 3e
Soendaneezen.
6e
le
2e, 3e en 4e
7e
le en 4e
2e en 3e
Soend. Tim. Rot-
tineezen.
8e
le
2e, 3e en 4e
Soendaneezen.
9e
le
2e, 3e en 4e
Javanen.
10e
le en 4e
2e en 3e
Idem.
11e
le en 4e
2e en 3e
Idem.
12e
le
2e, 3e en 4e
Idem.
13e
Ie
2e, 3e en 4e
Idem.
14e
le
2e, 3e en 4e
Idem.
15e
le en 4e
2e en 3e
Tim. Rottineezen en
Jav. Tim. en Rot
tineezen bij de 3e,
Jav. bij de 2e cie.
16e
le
2e, 3e en 4e
Javanen.
17e
le
2e, 3e en 4e
Idem.
18e
le en 4e
2e en 3e
Idem.
19e
le
2e, 3e en 4e
Idem.
20e
le en 4e
2e en 3e
Idem.
K. B. 16 Aug. 1877 No. 48.
2) De nummers geven de compagnieën aan.