3. GREPEN UIT DE GESCHIEDENIS VAN HET 2e BATALJON INFANTERIE. (Opgericht bij Gouv. Besluit ddo. 4 December 1830 No. 1 Algemeene Order 1830 No. 6). Samengesteld aan de hand van gegevens verstrekt door den Commandant van het korps. Toen na den Java-Oorlog de verschillende Mobiele Colonnes niet meer noodig waren, werd bij boven aangehaald Gouv. Besluit een definitieve Legersamenstelling vastgesteld, bestaande uit de Bats. van Linie 1 t/m 6 en de no. 7 t/m 9 in reserve. Zoodoende is uit de 3e Mob. Col. Le Bron de Vexela en de 4e Mob. Col. v. d. Wijck, die in de omgeving van Madioen ageerden, het 2e Bataljon Infan terie van Linie ontstaan, dat als standplaats aangewezen kreeg Semarang. Niet lang is het te Semarang in garnizoen geweest in 1831 werd het 2e Bataljon Infanterie overgebracht naar Salatiga, waar het tot 1836 verbleef. De 3e, 5e en 6e compagnie werden onder het commando van den Majoor H. A. Eilers gedetacheerd naar de Padangsche Bovenlan den om deel te nemen aan de krijgsverrichtingen tegen Kamang en Bondjol. Dadelijk na aankomst te Padang werden twee com pagnieën naar Priaman gezonden waar met andere troepen een Mobiele Colonne samengesteld werd, die den 9 Juli 1883 een werk zaam aandeel had bij de bestorming van Kamang. Na afloop der Krijgsverrichtingen keerden deze compagnieën naar Java terug. In 1883 werd één compagnie gedetacheerd naar de Palembang- sche Bovenlanden om deel te nemen aan de Krijgsverrichtingen te gen Moeara Bliti en Padang. Deze compagnie sterk 3 Luitenants en 144 minderen, onder commando van den Kapitein van Ochssee kwam den 27en Maart te Palembang aan om daar met andere troepen een colonne te vormen, die den 12en Mei onder commando van Majoor Schwartz de Moesi opvoer. Den 28en Mei kwam deze colonne te Moeara Bliti aan, waar de bevolking in opstand was. Alras werd die opstand onderdrukt, waarna twee bentengs werden aangelegd tot beveiliging van de communicatie. Voor het doen van een aanval op 's vijands benteng in Pedang werden eerst vanuit de post Moeara Bliti verkenningen verricht, waarna voor den aan val werd opgerukt. De colonne moest zich hierbij verplaatsen langs een door boomen en randjoes versperd smal bergpad hetgeen gedurende den nacht vele bezwaren opleverde. Te kwart voor vijf De bewerker verstrekte zeer uitvoerige gegevens ook van de verschil lende gevechten. In verband met de beschikbare ruimte, heeft de Redactie een en ander tot haar leedwezen moeten bekorten. Red. 1161

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 33