Met het beëindiging van den veldtocht in de XXVI Moekims was een periode van groote actie in Groot Atjeh afgesloten, zoo dat verscheidene troepenafdeelingen naar Java teruggezonden kon den worden. Het 2e Bat. bleef echter achter tot het bezetten van een aantal posten. Deze tweede periode (kleine actie) en het veilig stellen van het veroverde gebied) heeft het 2e Bataljon nog heel wat offers gekost. In Juli 1885, na de voltooiïng van de geconcentreerde linie werd het Korps naar Java teruggezonden en kreeg Banjoe Biroe als garnizoen. Van 1888 tot 1894 werd het te Magelang gelegerd. Na deze lange rustperiode werd het Bataljon geroepen om deel te nemen aan de expeditie tegen Lombok. Den 28en Augustus 1894 6 n. m. ontving het Bataljon bevel zich oogenblikkelijk gereed te maken om den volgenden dag naar het Oorlogstooneel te vertrekken. Heel veel tijd voor voorbereiding was er niet den 29en te 1.30 n. m. was het Bataljon gereed voor den afmarsch naar Willem I om vandaar naar Semarang te worden vervoerd. 31 Mei werd aldaar geëmbarkeerd om den 2den September te Ampenan aan te komen. De verovering van Tjakra Negara waarin het 2e bataljon een zeer werkzaam aandeel heeft gehad, kostte het korps aan ge sneuvelden 2 Officieren (v. Oppen en d'Ancona) en 18 minderen. Aan gewonden de Kapitein v. Griethuysen, de Luitenant Halke- ma en 29 minderen, terwijl 3 minderen later aan bekomen ver wondingen zijn overleden. Bij Gouvernementsbesluit van 24 December 1894 No. 12 werd de expeditie ontbonden en keerden de troepen naar Java terug, met uitzondering o. a. van het 2e Bataljon Infanterie dat eerst den 2en Februari 1896 naar Magelang terugkeerde. Hier bleef het in garnizoen tot 18 Mei 1898 om dan weder deel te nemen aan de Pidië expeditie onder Majoor P. H. van der Wedden. Den 25en Mei 1898 te Sigli aangekomen, vingen den lsten Juni de krijgsverrichtingen aan. Van deze excursiën keerde het bataljon den 2 November te Magelang terug. Toen de Krijgsverrichtingen in Djambi een ongunstige wen ding namen en de vaste bezetting het om zoo te zeggen, „niet meer afkon" werd bij Gouv. Besluit dd. 13 Juli 1901 het 2e Veld- bataljon ter beschikking gesteld van den Commandant van de ageerende troepenmacht in Djambi. Dientengevolge vertrok het korps daarop in gedeelten naar het oorlogsterrein. Na tal van tochten en excursie werd het bataljon op het eind van 1902 gelegerd als volgt 1169

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 41