Croesen, die zich op nog geen 15 pas van de benteng bevond, zwaar
verwondde. De kapitein Meijners nam het commando over en toen
deze officier onmiddellijk daarna liet stormen werd dit met een zoo
danig élan en zoo krachtig uitgevoerd, dat na korten tijd, ondanks
den hevigen tegenstand des vijands, het vaandel op de wallen
van Boni werd geplaatst nog voordat de vijand geheel uit de
versterking was verdreven. Het R. H. Bataljon, dat in het centrum
had aangevallen, was na de inname van de benteng als voor
hoede doorgetrokken naar Polakka, terwijl het L. H. in de vlakte
achter de versterkingen werd verzameld en met het 5e Bataljon
en de artillerie eveneens naar Polakka oprukte.
Tot 13 December werd in deze kampong verbleven, waarna
den 14en met de geheele expeditiecolonne naar Pampanoea werd
opgerukt, welke marsch, dank zij ook de zware regens en het
oponthoud dat de artillerie veroorzaakte, zeer veel eischte van
het physiek van den troep. 16 December kwam men te Pampa
noea aan, waar 8 dagen werd verbleven, waarna de terugmarsch
naar Polakka werd aanvaard en vandaar op 11 Januari en vol
gende dagen naar Badjoa werd gemarcheerd om te embarkeeren.
8 Januari was per order bekend gemaakt, dat de oorlog was
geëindigd, de Koningin van Boni was ontzet en gevlucht, de
rijkssieraden waren buitgemaakt, en dat de vorst van Boni voor
taan was een vasal van Nederland.
De troepen keerden successievelijk naar hun garnizoenen terug,
waarbij het bataljon veel te kampen had met tegenslagen door
storm, o. a. werd de le Compagnie van 11 Januari tot 25 Maart
opgehouden, doordat het transportschip door het zware weer
telkenmale werd teruggeslagen. Verder hadden de troepen te
lijden door het slechte leven en de beperkte ruimte aan boord,
waardoor o.a. 4 man overleden.
Zeer werd de moedige houding van de officieren en manschap
pen van het 4e Bataljon geroemd en talrijk zijn de voordrachten tot
onderscheiding geweest, die werden ingediend. Totaal werden
gedecoreerd met de Militaire Willemsorde 4e kl.7 officieren
en 1 onderofficier; met de medaille voor Moed en Trouw: 1
officier en 15 minderen en met een Eervolle Vermelding 3 of
ficieren en 12 minderen.
Helaas overleed 15 December 1859 de brave korpscommandant
Majoor Croesen aan de bekomen wonden, terwijl verder sneuvel
den 1 Eur. en 2 Amb. fuseliers en gewond werden 1 officier
en 17 minderen.
Een eervolle bladzijde uit de geschiedenis van het bataljon
wordt met het eindigen van de 2e Boni-expeditie gesloten.
Toen de Boni-oorlog was geëindigd kreeg het Bataljon als
standplaats Willem I, waar het 29 Maart in zijn geheel voltallig
was. De doorgestane vermoeienissen van den oorlog begonnen
toen hun slachtoffers te eischen, doch een behoorlijke verzorging
1183
