Beëindigen wij thans echter vorengaande beschouwingen, om
ons thans de vraag te stellen: Zal men vnn een psychotechnisch
onderzoek in het leger, hetzij als intelligentiemeting, hetzij als
een bepaald geschiktheidsonderzoek, hooge verwachtingen mogen
koesteren en waardevolle resultaten kunnen verwachten Het is
toch een antwoord op deze vraag, dat tenslotte, inzake invoering
der nieuwe, aanbevolen methoden bij het recrutenonderzoek, tot
de uiteindelijke beslissing moet leiden.
Nadat de vrede in 1918 was teruggekeerd en den volke het
Amerikaansche leger-experiment met groote ophef werd gekond-
schapt, brak een ware testmanie over de Vereenigde Staten en
Europa los; studieplannen ging men op grond van testuit
komsten herzien, leermethoden werden gewijzigd, het Eureka van
tallooze psychologen weerklonk. Weliswaar waarschuwden meer
deren, als b. v. Haggerty, Yoakum, Yerkes, c. a. tegen overdrijving,
zij wezen er op, dat, naast intelligentie, karaktereigenschappen,
wils-, emotioneele- en moreele factoren een rol van niet geringere
beteekenis spelen; langen tijd was voor velen hun stem die eens
roependen in de woestijn. Eerst geleidelijk keerde rijpe bezinning
terug en ging men, na meerdere mislukkingen, inzien, dat een
bepaalde intelligentiefactor al zeer weinig gegevens biedt in zake
geschiktheid voor een gegeven beroep. „The intelligence levels
of different occupations overleap each other so much and embrace
such a wide range of intelligence in each case that we cannot
use intelligence as a criterium of success at a particular job. All
that we can say about an individual is that, on the base of his
intelligence score, he is qualified for a large number of
occupations, ranging it may be from cobbler to mechanical
engineer. Conversely, we cannot say that a man 's general
intelligence fits him for any particular occupation", aldus uit
Link zich. In dit verband zij tevens nog op een door Kits van
Heyningen verkondigde onjuiste stelling gewezen, n. 1. dat de
industrieele wereld allereerst een onderzoek zou instellen naar
de intelligentie der arbeiders en daarna naar andere psycholo
gische eigenschappen. IntegendeelMoede, de groote industrie-
psychotechnicus, acht voor industrieele arbeiders een onderzoek
der intelligentie zelfs overbodig.
Geenszins staan wijders vermelde zielkundigen in hun afwijzen
de houding tegenover het intelligentie-onderzoek alleen. Het
Nederlandsche leger toch, waar een deugdelijk geijkte testserie,
opgebouwd in navolging der Amerikaansche Army Tests, geruimen
tijd werd toegepast, heeft, als mij uit zeer kort geleden ontvangen
correspondentie bleek, het gebruik dezer methode beëindigd. I >e
Onderwijsraad in Nederland, geplaatst voor het moeilijke vraagstuk
van aansluiting van Lager- en Middelbaar Onderwijs, heeft in
intelligentietests het middel ter oplossing van vorenbedoeld
probleem gezochtechter met negatief resultaat. Men ziet, het
enthousiasme voor intelligentiemeting is zeer bekoeld.
27
