met de afdeeling Landbouweconomie en met den voedselspecialist
Dr. W. Donath, thans Hoofd van het Analyselaboratorium van het
Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel, welke een
voortzetting zal bevatten van de Mededeeling No. 13 van het
voormalige Statistisch Kantoor getiteld „Raming der voor het
verbruik op Java en Madoera beschikbare hoeveelheden der
voornaamste plantaardige voedingsmiddelen in de jaren 1919 tot
en met 1922" en van de Mededeeling No. 13 van de afdeeling
Landbouw: „De rijstinvoer in Nederlandsch-lndië".
De conclusie van Dr. Rutgers, dat het rijstverbruik per hoofd
gestadig afneemt slaat dan ook niet op een korte periode, zooals
de heer Waal meent, maar heeft betrekking op de tendenz over
grootere tijdvakken. De fluctuatie van jaar tot jaar hangt verder
niet in de eerste plaats van factoren als prijs en de koopkracht
der bevolking af, maar van de grootte der padiproductie, deze
beïnvloedt sterk de padiprijzen en de prijzen van andere pro
ducten en de koopkracht der bevolking. De lage rijstconsumptie
in jaren als 1920 en 1921 is het gevolg der slechte padiproduc-
ties. Een speciale dienst voor het nagaan van productieprijzen
en verbruik enz. is overbodig, daar het C. K. S. op dit gebied
reeds over uitgebreide gegevens beschikt. Zoo zullen voor de
nieuwe publicatie nieuwe gegevens verzameld worden betreffende
het verbruik voor zaaizaad, waarmede kapitein Waal geen reke
ning houdt, en betreffende de voedingswaarde der producten,
terwijl in een publicatie over de prijzen, welke spoedig zal ver
schijnen het verband tusschen de prijzen der producten onderling
wordt uiteengezet.
31
