4). De machines met hunne electrische overbrenging en lamp
indicator zijn in de huidige uitvoering voor het gebruik te velde nog
te teer de in de allereerste plaats noodige onfeilbare werking is
m.i. daardoor nog niet in voldoende mate verzekerd (vervoer op
treinkarren
5). Voor zoover geen automatische indeeling in groepen van
5 letters plaats heeft, zal de klare tekst eerst daarin moeten worden
verdeeld, hetgeen tijd kost en van den chiffreur bijzondere oplet
tendheid vordert, doordat de spatiëeringen bij de groepeering niet
meer automatisch aan het eind van ieder klaar woord voorkomen.
Uit het bovenstaande kan reeds worden afgeleid, dat invoer in
het Leger op ook maar eenigszins uitgebreide schaal nog niet kan
worden aanbevolen.
Natuurlijk moet er bij wijze van spreken tot in de voorste lijn
zoo noodig kunnen worden vercijferd, en dit is in de eerste plaats
onafwijsbaar noodig daar, waar op geringeren afstand dan 3 km.
van de voorste lijn verwijderd, voor de overbrenging gebruik wordt
gemaakt van telegraaf of telefoon. Doch laten we daarbij niet over
het hoofd zien, dat berichten en bevelen in den regel naarmate ze
meer in de lagere regionen komen ook meer oogenblikkelijke waarde
als „geheim" krijgen, en dat men alleen reeds uit dien hoofde in
die lagere regionen zal kunnen en moeten volstaan met een een
voudig, gemakkelijk te memoreeren en te hanteeren niet-mechanisch
vercijferingsstelsel. Dit kan en moét zijn een z.g. potlood-en-papier-,
systeem, waarbij het aanhouden van roosters, tabellen of ander
„gereedschap" als „aide-mémoire,, verboden is.
Als voorbeeld bij uitnemendheid van een dergelijk systeem moge
hier de aandacht worden gevestigd op het in het Nederlandsche
Leger gebruikte cijfervierkant. De weerstand, welke dat systeem
tegen ontsluiering biedt is van dien aard, dat daarmee vercijferde
berichten, welke onverhoopt in handen van den vijand zouden zijn
geraakt, ten tijde der ontsluiering reeds lang hun waarde als „ge
heim" zouden hebben verloren. x)
Voor de hoogere staven staat de zaak echter iets anders. De
in deze regionen gewisselde berichten en bevelen bevatten gewoon
lijk geheimen van „hooger orde", welke langer als zoodanig be
waard moeten blijven. Waar hier bovendien voor de berichtenwis-
seling nagenoeg zonder uitzondering van radio dan wel van draad-
telegraaf wordt gebruik gemaakt, is vercijfering een onafwijsbare
voorwaarde voor de geheimhouding. Men bedenke hierbij, dat spion-
hen zich „overal" (niet het geringst in aantal achter de eigen linie
en in het eigen achterland) bevinden, maar bovendien ook, dat
75
1) Het is bovendien met héél geringe moeite practisch onontsluierbaar
te maken.