5). Het eventueel aanhouden van tabellen, aangevende de bij de correspondentie met de onderscheiden Organen te gebruiken beginstanden (c.q. standen der pinnen) levert zóóver achter waarts veel minder bezwaren op. Bovenstaande beschouwingen zijn geenszins bedoeld als een onder alle omstandigheden afwijzend staan tegenover de invoering van mechanisch vercijferen. Alleen acht ik óók in aanmerking genomen de geringe getalsterkte van ons Leger momenteel de voordeden daarvan nog niet van dien aard, dat zij opwegen tegen de daaraan thans nog verbonden nadeelen. De techniek schrijdt echter steeds voort, en brengt voortdurend méér volmaakte machines op de markt. Het is zaak, om de ont wikkeling der techniek ook op dit gebied nauwlettend te blijven volgen. Zoo zouden chiffreermachines, welke bijv. a. automatisch groepeeren, en tegelijk b. de mogelijkheid bieden, om den getijpten crypto-tekst onmid dellijk automatisch (radio-) telegrafisch over te brengen (tele- tijpen, sneltelegraaf), het aantal te verrichten manipulaties (zie boven) verminderen en een groote foutenbron uitschakelen, waardoor de efficiency voor militaire doeleinden al dadelijk belangrijk zou worden verhoogd, en invoer in het Leger op ruimer schaal dan thans nog het geval is kunnen worden aan bevolen, wanneer ze overigens aan de voor veldgebruik daar aan te stellen eischen voldoen (onfeilbare werking, stevige uitvoering, niet te omvangrijk, gemakkelijk te behandelen, en last not least niet te duur). De conclusies, waartoe ik in verband met bovenstaande be schouwingen ten aanzien van het gebruik van chiffreermachines in het Leger kom, kunnen in de volgende punten worden samengevat 1. Het mechanisch vercijferen-zoo men al tot invoering daar van in het Leger mocht besluiten moet thans nog beperkt blijven tot de allerhoogste Organen (Staf O. L. Z., C. V., wellicht D. v. O., in hunne onderlinge berichtenwisseling en correspondentie met Opperbestuur en de Regeering), en mag „naar beneden toe" zéker niet verder worden toegepast dan tot in de divisiestaven. Ik zou zelfs in onze kleine verbanden de divisiestaven van het me chanisch vercijferen willen uitsluiten. 2. Ook bij zelfstandige Detachementen (Balikpapan, Tarakan, e. d.) acht ik invoering van mechanisch vercijferen voorshands nog ongewenscht, o. auit hoofde van de m.i. nog niet onder alle om standigheden gewaarborgde onfeilbare werking der machines. Bovendien is men voor die Detn. nog afhankelijk van (radio-) telegrafische gemeenschap. 3. Mechanisch vercijferen is óók bij de hoogste staven niet on ontbeerlijk. De vercijferingstechniek heeft een zóódanige hoogte bereikt, dat een goed niet-mechanisch vercijferingssysteem, dat vele 77

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 81