10. HET SPRINGNUMMER BIJ EEN CONCOURS HIPPIQUE. door R. T. OVERAKKER. Kapitein van den Generalen Staf. Ofschoon ik mij op hippisch gebied een ondeskundige weet, heb ik nu het springseizoen door den invallenden westmoes son voor dit jaar weer achter ons ligt na eenige aarzeling toch besloten bovenaangegeven onderwerp ter sprake te brengen. De vaste overtuiging, een overtuiging die niet alleen bij mij doch ook bij anderen bestaat, dat wij bij het vaststellen van de springnummers bij een concours hippique op den verkeerden weg zijn en het feit dat meer bevoegden tot op heden er nog niet toe zijn overgegaan ter zake hun meening kenbaar te maken, deden mij de aarzeling overwinnen. Wellicht dat door dit artikel de meer deskundigen ertoe zullen komen ook hunne zienswijze eens op papier te stellen. Volgens de huidige bepalingen opgenomen in het reglement van het C. C N. I. (centraal comité voor de concoursen in Neder- landsch-Indië) wordt op papier althans nog onderscheid ge maakt tusschen een concours voor springpaarden en een concours voor jachtpaarden. Dit onderscheid bestaat echter alleen in theorie, terwijl daaraan een schijn van werkelijkheid wordt gegeven door een andere wijze van foutenberekening bij springen en jachtspringen. Nog afgescheiden van het feit dat m. i. de thans gevolgde foutentelling bij een nummer voor springpaarden niet juist is - waarover straks meer mag n. m. m. het verschil tusschen sprin- gen-sec en jachtspringen niet uitsluitend en alleen in die fouten berekening zitten. Wel degelijk bestaat er een groot fundamenteel verschil in de uitvoering van het zuivere springen en van het jachtspringen, hetgeen dus ook bij een concours tot uiting dient te komen in de soorten van hindernissen en in de wijze waarop die hindernissen genomen moeten worden. Thans echter ziet men veelal voor het springnummer en het jachtspring nummer dezelfde hindernissen, ja sterker nog hetzelfde parcours gebezigd en is er in de wijze waarop die hindernissen genomen worden practisch al zeer weinig verschil. Het zuivere springnummer „ontaardt" (men vergeve mij deze uitdrukking) in een jachtspring-nummer. 56

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 56