kalan en Soemenep nieuwe hulptroepen onder R. Ario Poerba Ne gara en Pangeran Serang Rana. Tevens moesten de vorsten zorgen, dat de geleden verliezen werden aangevuld, tot welk doel een depot was opgericht, tevens dienende tot africhting van de recruten voor het leger, die zij boven dien contractueel nog moesten leveren. Als belooning voor de bewezen diensten werden aan de aanvoer ders hoogere titels verleend. In 183 3, toen de vorst van Dj am bi een inval had gedaan op Palembangsch gebied, werden de bij contract van 1831 opgerichte Barisankorpsen voor het eerst als zoodanig aangewend. In Augustus van dat jaar werden te Soerabaja 2 compagnieën Barisans totale sterkte 300 man ingescheept, uit geleide gedaan door den sultan van Bangkalan en den Panembahan van Pamekasan, en gecommandeerd door den majooor Pangeran Adi Negoro, zoon van den Sultan. Waar de expeditie op den 28en November 1833 reeds geëindigd was en op den 26en December nog een tweede echelon Barisans naar Soerabaja was vertrokken, zullen deze laatste afdeelingen wel niet meer hebben deelgenomen aan den strijd. Bij deze expe ditie waren van de Barisans een luitenant en 12 man aan ziekte overleden, terwijl van het leger waren gesneuveld 7 en aan bekomen wonden overleden 5, aan ziekte overleden 33. Ten tweede male werden de Barisan gebruikt in den Padri- oorlog 1 83 5- 1 83 7. In November '35 kwamen ter S.W.K. 3 compagnieën Barisans van Soemenep aan. Hiervan gingen 109 man naar de Noordelijke afdeelingen en de rest van de compagnieën werden naar Bondjol gedirigeerd ter versterking van de troepen macht, welke die plaats belegerde. In de daarop volgende maand ging een colonne van 235 man infanterie en 156 man Barisans naar het district Simpang deze colonne vermeesterde de zwaar ver sterkte bentengs Doeyen Boekon en Padang, terwijl de benteng nabij Pinang vergeefs drie maal werd bestormd, waarbij een Madoe- reesche luitenant en een onderofficier zwaar gewond werden en eenige Madoereesche pradjoerits licht gewond. Overigens werden de Madoereezen in hoofdzaak gebruikt voor het begeleiden van convooien en transporten. De beschikbare gegevens wekken den indruk dat de troepen zwaar geteisterd zijn door de malaria. In 1838 keerden de laatste Barisans te Madoera terug. In deze expeditie schijnen de Barisans zich goed te hebben onder scheiden, zoowel door hun houding en voorkomen als door de krijgstocht en de voor den vijand betoonden moed. Eerste Bali-expeditie van 184 6. Bij deze expeditionnaire troepen werden ingedeeld 400 man Barisan van Bangkalan en 200 man van Pamekasan, gedeeltelijk bewapend met geweren en gedeeltelijk met lansen. 119

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 10