9. BOMMENWERPERS OF VERKENNERS. door C. GIEBEL. Eerste luitenant-vliegenier, In een artikel„De taak van de Luchtstrijdkrachten in Neder- landsch-Indie" I. M. T. 1929 No. 3., hebben wij getracht aan te toonen, dat voor onze luchtvaartafdeeling bommenwerpers en jagers de aangewezen toostellen zijn. Daarbij werd tevens bedoeld, dat deze bommenwerpers en jagers zouden worden ondergebracht in één organisatie, die hen als zoodanig volledig tot hun recht zouden doen komen. In het Wetenschappelijk Jaarbericht 1929 worden aan dn ar tikel eenige woorden gewijd en wordt o. a. gezegd „Met het denkbeeld van ingrijpen vóór of tijdens de landing zouden we alleen kunnen instemmen, indien voor ons bereikbaar is een luchtmacht bestaande uit: a. een deel bestemd voor de taak als juist omschreven (dus bestaande uit bommenwerpers en jagers) en van zoodanige sterkte, dat een redelijken kans op succes bestaat b een deel, dat den verkennings- en waarnemingsdienst kan uitvoeren (dus bestaande uit verkenners (waarnemers) en jagers). Het zij ons vergund tegenover deze uitspraak het volgende te stellen Het gedeelte ad b behoort, ook al zijn we totaal 100 a 200 vliegtuigen sterk, in elk geval uit bommenwerpers en jagers, of uitsluitend uit jagers te bestaan, opdat het vóór of tijdens de landing het gedeelte ad a bij kan staan. Bestaat er later behoefte aan luchtverkenning en waarneming van het artillerievuur, dan wordt die taak opgedragen aan de daarvoor beschikbare bom menwerpers en (of) jagers. In onzen gedachtengang passen voor onze omstandigheden geen spe ciale verkennings-en waarnemingsvliegtuigen. Immers, het gedeelte ad a dankt zijn reden van bestaan aan het feit, dat een vijand vóór of tijdens de landing zeer gunstige doelen biedtdoelen, zooals ze later nooit meer zullen worden aan getroffen, maar ook doelen, die in hoofdzaak of uitsluitend bin- 162 Juli 1930 ter publicatie ontvangen. De redactie heeft dit opstel tot haar leedwezen, als gevolg van allerlei bijzondere omstandigheden, langer moeten aanhouden dan zij wel wenschte. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 59