hoogste) een veertigtal Gotha's (waarbij soms eenige Riesenflug-
zeuge). De Zeppelins deden toen al niet meer mee.
Ziedaar de wederzijdsche krachtsverhoudingen. We beschikken
helaas niet over een prijscourant, doch reeds op het eerste ge
zicht zijn de middelen, die de verdediger moest aanwenden,
kostbaarder, véél en véél kostbaarder, dan de middelen, waarvan
de aanvaller zich bediende.
Nu is er sindsdien veel veranderd. De trefkans van het lucht
doelgeschut is enorm toegenomen is meer toegenomen dan de tref
kans van het bombardement. Maar dat neemt niet weg, dat ook
thans nog de verdediger zich wel tien-maal grootere opofferingen
aan aanschaffing van materiaal en personeel zal moeten getroosten
dan de aanvaller, om een redelijken kans te hebben, zich dezen
van het lijf te houden.
Wat hier geldt voor luchtaanvallen op Londen, geldt in niet
mindere mate voor een aanval van onze bommenwerpers op een
landenden vijand. „In niet mindere mate": want een landende
vijand bevindt zich in extra moeilijke omstandigheden; terwijl onze
vliegtuigen zich in gunstiger omstandigheden bevinden dan indertijd
de Duitsche Gotha's, want deze moesten een vijandelijke kustlijn
passeeren.
Om het dus populair uit te drukken: Met een millioen aan
bommenwerpers dwingen wij een eventueelen tegenstander tot
10 millioen aan luchtafweermiddelen.
Het resultaat daarvan zal wel zijn, dat een tegenstander hier
niet komt zonder zijn 10 millioen (om in die terminologie te blij
ven), m. a. w. onze bommenwerpers maken de geheele vijandelijke
onderneming onevenredig kostbaar.
Maar komt de tegenstander nu toch, en brengt hij zijn 10
millioen mee, dan zij wij nog heelemaal niet verplicht, om dat
bombardement ook metterdaad uit te voeren. Ten allen tijde
behouden wij volkomen onze vrijheid van handelenniets belet
ons om diezelfde bommenwerpers dan eerst later in te zetten,
desnoods voor verkenning en artilleriewaarneming.
Evenwel hebben wij die vrijheid van handelen niet, wanneer
wij geen bommenwerpers hebben, doordat wij daarvan afstand
hebben gedaan ter wille van verkenners. Al zouden wij dan
willen aanvallen, dan kunnen we niet, ook al heeft de tegenstan
der zijn luchtafweerapparaat thuis gelaten.
Laten wij thans aannemen, dat de vijand is geland, al of niet
ondanks ons luchtbombardement. Dan staat dus ons leger voor
zijn offensieve taak. Dan bestaat daarmee een geheel nieuwe
toestand, die misschien nieuwe eischen stelt aan de vliegtuigen,
o. a. om ons artillerievuur productief te maken. En evenals te
voren bij het bombardement wordt thans ook weer alles, wat
wij aan vliegtuigen hebben, ingezet, om aan de nieuwe eischen
te voldoen, d. w. z. wij zetten dan een uiterste minimum in, om
164