197 verspilling van „man-power", die in dit geval van grooter waarde is voor het oorlogvoerende land dan bepaalde „machine-power" en hij heeft, evenmin als nu, nog nimmer bepaalde superioriteit in vliegeigenschappen bewezen boven de „single-seater". The Journal of the United Service Institution of India. No. 261. October 1930. The development of the Heavy Transport Aeroplane", luitenant-vliegenier W.F. Dickson. „Hoewel cijfers weinig nut hebben, kun nen we, op grond van de resultaten welke met moderne toestellen van overeen komstige typen zijn bereikt, aannemen dat zulke vliegtuigen een minimum vermogen zullen hebben van full speed van 130 mijl per uur op een hoogte van 10000 voet; een kruissnelheid van 90 mijl per uur, eveneens op een hoogte van 10000 voet; een plafond van 20000 voet; een totale nuttige belasting van 8300 lbs., brandstof inbegrepen" (28 man-f 2 lichte mitrailleurs wegen rond 5500 lbs.). „Men kan daarom verwachten dat, als het Heavy Transport vliegtuig zich op deze wijze ontwikkelt, zijn rol niet langer zal zijn die van „supplementary unit to the striking force". Het bezit nu niet alleen een bijna onbegrensde mogelijkheid voor gebruik, zoowel in vredes- als in oorlogstijd, maar ook een „striking power", die een buitengewoon waardevolle aanvulling is voor onze „bombing strength", voor elke soort operatie. Deze feiten in aanmerking genomen en de bezuiniging daardoor in vele richtingen mogelijk geworden, kan geen „major overseas air command" als voldoende uitgerust worden beschouwd zonder dat dit type daarin is opgenomen. In het bijzonder voor Indië, met zijn lange buitenlandsche verbindingen, mogelijkheden van binnen- landsche onrust, zijn „tribal territory to control" en een grens die verdedigd moet kunnen worden, komt het voor als een bijzonder goed toe te passen type". Bulletin beige des sciences militaires. No. 4. October 1930. „L'avia tion et les troupes le'gères", majoors de Cartier en Béretze. „De beweeglijk" heid der lichte troepen, de snelheid waarmede hunne operaties zich afwikkelen; de uitgestrektheid van hun terrein van actie, de geringe dichtheid van troepen; het onzekere der verbindingen, leggen aan de luchtstrijdkrachten, welke ter beschikking zijn gesteld van lichte troepen, een geheel andere taak op dan zij uitvoeren voor de andere wapens". „Wanneer de luchtstrijdkrachten" des missions de renseignements" uitvoeren, vervolledigen zij de aardsche verkenning omdat zij het terrein, dat is onderworpen aan onderzoek op den grond, verlengenmaar zij verminderen de verkennende taak der lichte troepen niet, omdat zij uiteraard werken in een zóne, welke deze laatste niet, zouden kunnen bereiken". Schweiz. Monatfshefte für Offiziere aller Waffen. No. 10. October. 1930. „Die Probleme einer neuzeitlichen Luftmacht", kapitein R. Schr. zal onder dezen titel een verhandeling geven over de wijze waarop bij de toonaangevende grootmachten de met het veelzijdig gebied der oorlogvoering in de lucht samenhangende vraagstukken worden opgevat en beoordeeld (welke rol aan de weermacht in de lucht toegewezen kan en moet worden; strategie en tactiek eener luchtvloot; organisatie, uitrusting). Schr. legt zich een beperking op door alleen te behandelen Engeland, Frankrijk en Italië als Europeesche staten en verder de Vereenigde Staten van N.-A. Voor Engeland geldt wat op 18 Maart 1930 in het Lagerhuis door Sir Samuel Hoare zoo kenteekenend werd gezegd: „Air power must be used as a substitute for and not as a supplement to other forms of defence". Schr. constateert de overeenkomstige opvatting van Italië en een geheel afwijkende van Frankrijk, dat van vroegere tijden af, slechts den oorlog te land zag en zelfs de „Probleme des Seekrieges" nooit heeft weten te begrijpen; waarop zelfs Napoleon geen uitzondering maakte. „De „alte Schule" in Frankrijk, die belichaamd werd in den generalen staf van het leger, eischte daarom tot voor kort het grootste deel der luchtstrijdkrachten voor zich op als zuiver hulpwapen der landstrijdkrachten". The Coast Artillery Journal. No. 4. October 1930. Driving home the bombardment attack", luitenant K.N. Walker. „Om een bombardementsaanval

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 94