Hierbij moet er aan gedacht worden, dat de alarmplaatsen onmiddellijk voor de legeringsplaatsen moeten gelegen zijn, omdat geloop vooral bij nachtdoor het bivak tot ver warring en verwonding door eigen vuur leidt. 2. Hoe te handelen met berichtbrengers. Berichtbrengers worden door de posten naar den hoofdin gang van het bivak, waar zich de wacht bevindt, verwezen zij mogen de pagger slechts met 1 man tegelijk naderen en moeten 's nachts voorzien zijn van een obor. Blijven zij de pagger na het teeken of bevel „halt" van den post naderen of komen zij zonder obor naderbij, dan mag door de posten geschoten worden. Het spreekt van zelf dat het voorgaande aan de bevolking moet worden bekend gemaakt. 3. Bepalingen omtrent het zich buiten het bivak begeven. Naar de pasar of rivier wordt de ontbloote klewang mee genomen. 4. Tusschen 6 u n. m. en 6 u v. m. mag niemand het bivak verlaten. 5. Ziekenrapport en rapport bij den Colonnect. Dit laatste wordt 's avonds, gewoonlijk te 7 u n. m. ge houden wordt het overdag gehouden, dan bestaat de kans, dat de voornemens van den Col. ct. bij de bevolking en dus ook bij de verzetspartij bekend raken na 6 u n. m. is alle aanraking met de bevolking verbroken. Hierop wordt het kamponghoofd ontboden, wien de maat regelen onder 2 worden medegedeeld en aan wien de volgende verplichtingen worden opgelegd a. om onmiddellijk te berichten, indien overdag of's nachts verzetslieden zich nabij de kampong ophouden. b. om streng toe te zien, dat zich geen gewapend volk op de pasar of buiten de woningen van Watesbeloeng bevindt. De houding van het kamponghoofd en de nog aanwezige mannen van Watesbeloeng is twijfelachtigzij behooren tot de z. g. weifelaars, die het van de omstandigheden laten afhangen of zij zich bij de verzetspartij dan wel bij de kompeni zullen aansluiten zulks hangt af van het succes van één der partijen zij zijn dus onbetrouwbaar. Daarom moeten zij goed in de gaten worden gehouden alle berichten omtrent de kompeni bereiken de verzetspartij binnen den kortst mogelijken tijd. Wij moeten er dus van overtuigd zijn, dat al onze verrichtingen nauwlettend worden gadegeslagen en aan de tegenpartij overgebracht. Het is dus zaak om de grootst mogelijke waakzaamheid en activiteit aan den dag te leggen; alarmoefeningen moeten worden gehou den; de karabijnen van de wacht en het piket moeten geladen blijven. 219

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 13