Nu zijn er zoowel uit den wereldoorlog als uit den tegen- woordigen tijd genoeg voorbeelden, welke als aanknoopingspunt kunnen dienen voor vergelijking met het geval T. en B. Als voorbeelden uit den wereldoorlog mogen vermeld worden o. a. de Heimatluftschutz der Duitsche Rijnsteden, de Home Defence voor Londen, de verdediging van Parijs of van Zeebrugge, terwijl als moderne voorbeelden zijn te noemen de luchtverdedigingssy stemen van Londen, Parijs en Lyon, alsmede die van verschillende groote oorlogshavens. De daarbij gebezigde verdedigingsmidde len bestaan uit vliegtuigen, anti-luchtvaartgeschut en mitrailleurs, zoeklichtbatterijen gecombineerd met geluidrichtingzoekers, en voorts een uitgebreiden luchtwaarschuwingsdienst. De gebezigde vliegtuigen zijn uitsluitend eenzitsjachtvliegtuigen (verder aan te duiden als jagers), voor een deel vaak speciaal geconstrueerd voor het jachtvliegen bij nacht. De verdediging is in de allereerste plaats bestemd tot afweer van vij. luchtbombardementen bij dag of bij nacht, en in de tweede plaats tot het tegengaan van beschietingen vanuit geringe hoogte met mitrailleurs, dan wel verhindering van ver kenningen. De oogmerken der genoemde bombaidementen waren le. Den tegenstander groote materieele schade te berokkenen door ver nieling van vitale objecten, hetzij van directe dan wel indirecte militaire waarde. Uiteraard kwamen hier slechts doelen met een groot trefbaar oppervlak, welke aan een bepaalde plaats gebon den waren, voor in aanmerking. 2e. Den tegenstander te verzwakken door het teweeg brengen van een gevoel van onveiligheid in diens binnenland (intimidatie). 3e. Den tegenstander te dwingen, blijvend een gedeelte zijner strijdkrachten te bestemmen voor afweer van mogelijke lucht bombardementen. Waar deze oogmerken tijdens den wereldoorlog in het algemeen werden bereikt, mag het als vanzelfsprekend worden beschouwd dat ook na dien oorlog de volle aandacht bleef vallen op de groote waarde, en eveneens het groote gevaar van luchtbombar dementen. Het sprekendste voorbeeld daarvan is momenteel wel het uitgebreide luchtverdedigingssysteem van Londen, waarin een aanzienlijk deel der Britsche luchtstrijdkrachten is vastgelegd. Tengevolge van den tijdens den oorlog geschapen indruk van onveiligheid, (oogmerk 2), is ten opzichte van Londen het onder 3e vermelde oogmerk reeds bij voorbaat blijvend bereikt. Naar mate van het belang dat men er bij heeft den vijand te verhin deren ten opzichte van bepaalde objecten de onder le en 2e vermelde oogmerken te bereiken, zal men dus kunnen bepalen welke punten in aanmerking komen voor een systeem van plaatse lijke verdediging. Wij zullen nu op overeenkomstige wijze T. en B. in beschouwing nemen, zoowel ten aanzien van de kansen op een bombardement, als van die op een beschieting met mitrailleurs of verkenning. 240

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 34