neming zou kunnen gelukken, mogen wij o i. niet van tevoren uitsluiten door het bezigen van jagers voor T. en B. Dat dit systeem in de buitenlandsche schema's voor plaatse lijke verdediging niet meer tot uiting komt, is daarop terug te voeren dat wegens den grcoten afstand tot de vijandelijke bases, geen gelegenheid bestaat deze tezelfdertijd aan te grijpen als de vijand aanvalt. Tegen welk vliegveld zou b.v. de Home Defence zijn aanval hebben moeten richten, bij een duitschen luchtraid op Londen? Toch zagen we de luchtverdediging van Parijs tijdens den oorlog reeds in dien geest georganiseerd. Er waren n.l. speciale bombardementsformaties, die tusschen Parijs en het front gelegerd waren, en welke zoodra een duitsche luchtraid op Parijs gesignaleerd werd, gealarmeerd werden met het bevel „Défense de Paris. Partez." Op dat bevel moesten zij onmid dellijk die duitsche vliegvelden achter het front gaan bombar deeren, waarvan bekend was dat daarop bombardements-afdee- lingen gelegerd waren. In geen der beide hiervoor gestelde gevallen ware het echter mogelijk geweest de vijandelijke basis radikaal te vernielen, noch den in de lucht zijnde vij. vliegtuigen definitief den terugweg af te snijden, daar landing op een ander vliegveld altijd tot de mogelijkheden zou blijven behooren. Men kan ervan verzekerd zijn dat, ware dit wel mogelijk geweest, in den trant eener scheepsbasis zooals wij die tegenover T. en B. mogen verwachten, dat dan geen maatregelen zouden zijn verzuimd door de belligerenten, om dit belangrijke doel te bereiken. Ten slotte zou men kunnen overwegen om aan de voorhanden luchtafweer batterijen een grooter aandeel te geven in den eigenlijken plaatselijken luchtafweer van T. en B., ten einde de twee-persoons vliegtuigen te kunnen inzetten tegen de vij. lucht vaart-bases. Uit het voorgaande zal naar wij vermoeden, voldoende dui delijk naar voren zijn gekomen wat wij onder het actief op treden der luchtstrijdkrachten van T. en B. verstaan, wat wij daarvan verwachten, en welke vliegtuigsoort o.i. daarvoor is aangewezen. Dit is het twee-persoons lichte bomvüegtuig, dat behalve voor dagbombardement zich ook leent, zij het dan in mindere mate, voor jacht-, slag- en verkenningsdoeleinden. De kwalificatie van „general purpose"-vliegtuig is hierop alzoo on getwijfeld van toepassing, mits snelheid als hoofdeisch blijve gelden, en zou daarvoor uit de verschillende type's welke deze categorie vertegenwoordigen een keuze kunnen worden gedaan. Reeds noemden wij hiervoor de Fairey Fox en de Hawker Hart, doch ook de bij de L A. in gebruik zijnde Fokker C. V. mag vermeld worden, al moet ten opzichte van dezen de eisch gesteld worden dat hij, ten einde de prestaties op te voeren, zou worden uitgerust met een motor van beduidend hooger vermogen. De offensieve eigenschappen dezer vliegtuigen komen tot uiting in hunne zeer hooge snelheid, het vermogen over aanzienlijken 247

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 41