te bezetten. Hier golden dus de woorden „Plus qu'on est faible plus qu'on attaque" (Foch). Het initiatief diende aan den tegen stander ontrukt te worden en dit kon slechts geschieden door zijn weinig manoeuvreervaardig gebleken massa's op een kwetsbare plek, d.i. in hun verbindingen, te treffen. Elk der Roemeensche legers had één spoorbaan in den rug, het IV Leger die over den Gyimespas, het li Leger de belangrijke lijn Kronstadt-Ploesti, over den Predealpas. Eerstgenoemde lijn was evenwel door de O H, dekkingstroepen bij hun terugtocht zóó grondig vernield, dat zij ook thans nog niet bruikbaar kon zijn. Bleef dus de lijn door den Predealpas, gelegen achter den linkervleugel van het II Roemeensche leger, als eenigste spoorwegverbinding voor de beide legers. Gelukte het deze verbinding af te snijden, dan waren zij daarmede tot terugtocht of ondergang gedoemd. Falkenhaijn besloot daarom het 9 Leger, met een zoo sterk mogelijken rechtervleugel, te vormen door het XXXIX R.K. (3 divisies), tusschen de Alt en het grensgebergte voorwaarts te doen dringen. Hiermede werd tevens gehandeld in den geest der „O L. L.". Een rechtstreeksche omvatting toch van den linkervleugel van het Roemeensche II Leger was onuitvoerbaar, daar deze vleugel aangeleund was aan de Transsylvanische Alpen. Een af lossing van het Alpenkorps bij den Rooden Torenpas, de eenige troepen, welke een dergelijke manoeuvre nogmaals hadden kun nen uitvoeren, was als te tijdroovend verworpen. De aan leuning van den Roemeenschen linkervleugel diende dus eerst verbrijzeld, om een gat voor de omvatting te scheppen. Het 1 Leger kreeg opdracht als rugdekking van het 9 Leger op te treden en daartoe vooral op de rechterflank stand te houden. Door middel van een te vormen stootgroep moest ook hier ge tracht worden omvattend te werken en wel om den linkervleugel van het IV Roemeensche leger tegen de verbinding over den Gyimespas. 2 Oct. was de hergroepeering van het 9 Leger voltooid. Zij had kunnen worden uitgevoerd door het onwrikbaar stand houden van het Korps Morgen (2 divisies van 13 bataljons samen), tegen den rechtervleugel van het II Roemeensche Leger (30 ba taljons). Ook hier was de toestand kritiek geweest, doch had de aanvoering de „Nervenprobe" doorstaan. 2) De Roemenen weken 3 Oct. voor den opmarsch van het 9 Leger onmiddellijk terug. De reden hiervan wordt kenschetsend weergegeven door een den Roemenen sympathiek gezinden Fran- schen schrijver met de woorden „Le Haut commandement rou- main, fort bien renseigné, estimera inutile et imprudent d'ex- poser en rase campagne, au choc de cette puissante manoeuvre, Vergelijk ook schets 3 M.T. 31 No. 2). 2) Zie hierover „Curt von Morgen" Meiner Truppen Heldenkampfe", blz 107 214

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 8