380
Afweer van luchtstrijdkrachten.
Mil. Wochenblatt. No. 24. December 1930. Die Luftschutziibung in
Coburg". Aangenomen was dat groote industrie-werken aanwezig waren en
dat de passieve bescherming (afweerwapens heeft Duitschiand niet) onder
leiding stond van het hoofd der politie en was opgedragen aan brand
weer, geneeskundige formaties en padvinderij. De Luchtwachtdienst kon vijan
delijke vliegtuigen melden op 150 tot 200 km. afstand. „Van verneveling werd
afgezien. De ligging en de indeeling van de stad zijn door de hoogteruggen
zoo duidelijk te bepalen, dat zelfs niet eens enkele bijzonder belangrijke in
richtingen door nevel konden worden beschermd."
The Coast Artillery Journal. November nummer 1930. Future coast
artillery", majoor S. Jarman. „De nieuwe taak van de kustartillerie als be
schreven in een door den vorigen Secretary of War J. W. Good persoonlijk
geteekend artikel, is als volgtHet moet voor alle kustartillerie een normale
taak zijn het luchtafweergeschut te bedienen. Terwijl de permanente verdedi
gingswerken de voorste lijn van verdediging vormen tegen het vijandelijke
scheepsgeschut, op de kusten voor de havens, moet de luchtafweerbewapening
de voorste lijn van verdediging op den grond vormen tegen vijandelijke
luchtstrijdkrachten op kwetsbare punten en in vitale deelen van het land. Dit
beginsel zal worden erkend en verbreid. In overeenstemming daarmede zal
alle kustartillerie geoefend worden in het behoorlijk en werkzaam bedienen
van de Iuchtafweerwapens, de instrumenten, toestellen, luisterinrichtingen,
zoeklichten, vuurleiding enz. als aanvulling van de bestemming die de een
heden reeds hebben bij de permanente verdedigingsmiddelen, spoorweg- of
door tractors getrokken artillerie." „Die taak maakt van alle kustartilleristen
luchtafweerartilleristen."
Revue d'artillerie. No. 5. November 1930. Onder „Renseignements
divers vinden we vermeld dat de Italiaansche regeering tegenwoordig zeer
bijzondere aandacht wijdt aan Juchtafweervraagstukken. „Het belang en de
werkzaamheid der luchtverdediging door de luchtstrijdkrachten geheel erken
nende, acht Italië intusschen de afweer van af den grond een noodzakelijk
heid, speciaal wat betreft de bescherming van vaste en speciale inrichtingen".
In studie is daarvoor een speciaal luchtafweerkanon.
Vechtwagens.
Revue d'infanterie. No. 459. „La refonie de la reglementation relative
aux chars de combatcommandant P. Thans wordt besproken deel II
van het „Règlement des unités de chars légers" (zie April-nummer). Onder
„Combat de la section" vinden we vermeld dat deze vecht voor de infanterie
uit; niet onderverdeeld mag worden; de vechtwagens ervan voortdurend
elkaar moeten kunnen beschermen en samenwerken voor een gemeenschap
pelijke actie; de eenige uitzonderingen op die regels worden genoemd in
het gevecht onder bijzondere omstandigheden". De compagnie is de kleinste
eenheid die zich kan échelonneeren in de diepte en dus een zekere „per
manence a Taction" van de vechtwagens kan waarborgen; is verder de grootste
eenheid die nog in bepaalde omstandigheden het gevecht levert onder de
directe bevelen van den organieken commandant".
Artillerietechniek.
Artilleristische Rundschau No. 5. December 1930. „Ein neues Gerat
fiir indirektes Richten', Ir. K- Petschenig. Het artikel behandelt ,,ein wirklich
neues Verfahren zur Behebung des Schwenkfehlers" waartoe de optische
fabriek K. P. Goerz te Preszburg den grondslag legde met haar „Nachrichtgerat
Patent Goerz", waarvan teekeningen en foto's in het artikel zijn opgenomen.
Artilleriebewapening.
The Field Artillery Journal NovemberDecember-nummer 1930.
The 75 mm. Gun mount T 5, on 5-wheel Truck Mount", majoor G. B. Barnes.