door bepaalde inzichten in de maatschappelijke verschijnselen, die het wezen van den Europeeschen fuselier vergezelden, en aannemende, dat het gewenschte gehalte niet meer in voldoende hoeveelheid kon woiden verkregen noodgedwongen ondanks de hooge militaire waarde van den Europeaan de sterkteverhou ding tusschen de Europeesche en de niet-Europeesche infanterie- afdeelingen zoodanig veranderd werd, dat zij uit een militair oogpunt niet geheel zonder bedenkingen kon worden aanvaard. Dhr. V. toont dan ook aan, dat van een zuiver militair stand punt opvoering van het aantal afdeelingen Europeesche beroeps- infanterie een onafwijsbare eisch is, in nog meerdere mate indien een reorganisatie ook de militieafdeelingen aan de oorlogssterkte der infanterie zou onttrekken. Doch zegt dhr. V. Holland's wervingscapaciteit is beperkt; althans met het huidige stelsel zijn uit het moederland niet meer beroepsmilitairen te verkrijgen. De redenen een algemeene wensch om het verder te brengen, om een rang te behalen, die niet vervuld zou kunnen worden, veroorzaakt een groot verloop en dus een evenredig grootere aanvulling; ofschoon de dienstvoor- waarden overigens gunstig zijn, wordt dit verloop gestimuleerd door de bekende schaduwzijden van het bestaan van den Europeeschen fuselier in een tropisch koloniaal gebiedhet ontbreken van een gelijkgeaard milieu in de burgersamenle ving en tekort aan bevredigenden arbeid in het garnizoen, welke schaduwzijden in een gepacificeerd land nog worden geaccen tueerd. De brochure legt den nadruk op beide laatste factoren en zoekt de oplossing in militaire landbouwkolonisatie, teneinde daar mede te scheppen: een eigen milieu èn werk. Voorwaar een aantrekkelijk denkbeeld, doch is het voor verwezenlijking vatbaar, en wat zouden de resultaten uit militair en financieel oogpunt zijn Het zal noodig zijn Nederlandsche landbouwers en van zéér goed gehalte 1 in groot aantal aan te trekken. Een dergelijk ge heel nieuw denkbeeld zal in deze kringen vermoedelijk slechts zeer geleidelijk ingang vinden. Ook de geringe bekendheid, welke Indië daar geniet, de ongelooflijke ideeën omtrent dit land, die nog steeds onder het overgroote deel der Nederlandsche bevol king niet het minst onder die op het platteland heerschen, doen reeds dadelijk twijfel rijzen of inderdaad een noemenswaar dige versterking van de jaarlijksche aanvulling uit deze categorie zal kunnen worden verkregen. Zeer zeker niet in de komende jaren, wanneer het in cultuur brengen der drooggelegde gronden van de Zuiderzee wellicht elk jaar méér menschen dan het be volkingsoverschot van het landbouwende deel der bewoners van het moederland zal vergen. 308

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 34