buiten, zoodat het van geen belang is met deze aangelegenheid rekening te houden. Toch wordt voor het vuren op den vleugel van rechts wel eens als argument aangevoerd, dat het verlies van 50 °/0 der scho ten slechts betrekkelijk is, aangezien meestal niet met zekerheid is aan te geven tot hoever deze vleugel zich precies uitstrekt. Inderdaad is deze argumenteering volkomen juist, maar ook juist in verband met het feit dat men zekerheid wil hebben, dat het doel ligt in een bepaalde terreinstrook wordt in de breedte uitgebreid tot een bedrag al naar gelang van de omstandigheden, zooals bij het inschieten op een hulpdoel, bij het vuren met behulp van vliegtuigwaarnemers enz Uitgaande van deze voorop gestelde bedoeling moet het vuur zoodanig in de breedte worden verdeeld, dat zoo weinig moge lijk projectielen verloren gaan. Het is daarom van belang het vuur aan te vangen binnen den vleugel van rechts en wel 2 maal de B.S. 50. uit de schootstafel. Rekening houdend met de oorlogsspreiding zal dan slechts een zeer klein verliesprocent aan projectielen worden ingeboet. Op deze wijze van vuren worden projectielen uitgespaard, wel ke eventueel kunnen worden aangewend om de vuurdichtheid op te voeren. In grove trekken zijn boven behandeld eenige G. vuren, waarbij is uitgegaan van de preamisse, dat de scherfverdeeling in de lengte in gelijke procenten is uit te drukken als de verdeeling der trefpunten van de volle projectielen. Uit de definitie van de treffendichtheid moge blijken, dat G.K. vuren op een geheel andere leest moeten geschoe!d worden. Het technisch vuren met G.K. is dan ook zeer moeilijk, terwijl de noodige praktische gegevens ontbreken om een inzicht te ver krijgen in de kogelverdeeling. En juist hierin zit de moeilijkheid. Wel schrijft het V.S.A. in punt 226 voor, dat een G K. gemiddeld een breedtewerking heeft van 20 m en afhankelijk van geschut- soort(lading) en afstand een dieptewerking van 250 tot 100 m, waarbij gerekend kan worden op gemiddeld 200 werkzame kogeltjes per projectiel (zie ook de noot), terwijl het H. S. A. evenens eenige algemeene beschouwingen geeft, maar praktische geschoten gegevens zijn begrijpelijker wijze in de reglementen en voorschriften niet aangegeven. Toch zou een kleine aanwijzing zooals in het Nederlandsche schietvoorschrift is aangegeven, het technisch vuren zeer ten goede komen. Zoo geeft dit voorschrift voor eenige vuurmonden een G.K. vuur aan met een bepaald aantal projectielen op één afstand verschoten, waarbij grafisch wordt voorgesteld het aantal kogels per m. diepte, het totaal aantal kogels in bepaalde strooken en de trefferdichtheid in die strooken. 330

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 56