opdracht de linkerflank te beveiligen, maar daarmede was de manoeuvreergroep niet geholpen. Het is niet duidelijk of de Roemeensche legerleiding zich bewust was van den korten af stand, waarop de Groep Kühne zich bevond, dan wel of zij de kracht harer ruiterij of harer manoeuvreergroep overschatte. De samenstelling hiervan bood daartoe geen aanleiding, daar de beide divisies, welke ten slotte den stoot toebrachten, aan het geslagen Dobroedsja leger onttrokken waren en in moreel en materieel opzicht zwaar geleden hadden. De Roemeensche manoeuvre werd zoodoende niet tot het welbe wuste en berekende wagen, dat bij de Duitschers zoo dikwijls te bewonderen valt, doch tot een zuiver hasard spel, waarbij het geluk zich nog op bijzon dere hardnekkige wijze van de spelers afwendde. Nochthans willen wij de ontwerpers der manoeuvre daarom niet hard vallen. Zij benutten de laatste, zij het ook uiterst geringe, mogelijkheid de krijgskans nog te doen keeren. In dergelijke omstandigheden mag alles gewaagd worden, al wordt dit tot een aanval als de beroemde Fransche ruitercharge bij Sédan „pour l'honneur de l'armée frangaise". Een minder zacht oordeel moet worden uitgesproken over het verzuimen der strategische opheldering door de Roemeensche cavalerie en over het naar binnen doen afbuigen der eenmaal aangezette omvatting uit vrees voor de doorbreking van de front- groep. Tenslotte dient gewezen op de vreemde rol, welke de Z. en Z. O. van Boekarest aanwezige Russische krachten door hun vrijwel passieve houding speelden. Waren deze divisies tijdig en snel door Boekarest verplaatst naar de open ruimte N. van de omvattende groep, dan had deze de zoo noodzakelijke rugdek king kunnen krijgen. De wrijvingen van een bondgenootschap pelijke oorlogsvoering hielpen hier mede het lot van Roemenië te bezegelen. Uit het vorenstaande kunnen de hoofdpunten worden samen gevat tot C o n c 1 u s i e XIV.„De Roemeensche manoeuvre aan de Arges levert een voorbeeld van de waarden, welke bij de manoeuvre op de binnenlijnen in den modernen oorlog aan de factoren tijd en ruimte dienen toegekend te worden. De manoeuvre was gedoemd te falen, doordat deze waarden den Roemenen niet meer ter be schikking stonde n". g. De strategische vervolging der Roemeen sche legers. 399 Zie Schets 14.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 15