den heuvel waarop de versterking zich bevond. Een verkenning van het omliggende terrein had plaats waarna bivak werd be trokken. De verkenning, vanuit de versterking waargenomen, lokte een luid geschreeuw der To Wana uit. In den vroegen morgen van den lOen November werd ten aanval opgerukt en na een hevigen, doch korten strijd de ver sterking PeneloE vermeesterd. Aan onze zijde vielen twee zwaar gewonden, terwijl de ver zetspartij 10 dooden achterliet. Aan wapens werd buit gemaakt 4 voorlaadgeweren, een groote hoeveelheid blanke wapens en voorts een partij levensmiddelen. Gevangengenomen werd het hoofd DeO en 50 volgelingen. Velen hadden weten te ontkomen na een hevig vuur op de patrouille te hebben afgegeven. De bezetting bestond geheel uit To Wana, terwijl uit een on derzoek bleek dat de geheele stam in verzet zou zijn gekomen als de patrouille bij PeneloE een nederlaag had geleden. Het feit echter, dat de heilige en onneembaar geachte plaats in han den van de patrouille was gevallen, had een zoodanigen moreelen schok tengevolge, dat aan verzet verder niet meer werd gedacht. De versterking Batoe Moeana, waar Paii Sabo zich nog met 50 volgelingen ophield, werd verlaten zonder dat een aanval op deze versterking werd gedaan. Onder de vluchtelingen bevond zich Paii Djama, het hoofd van de versterking PeneloE. Na de versterking geheel te hebben geslecht, werd op den 16en November door 1 groep den terugweg aanvaard, terwijl 1 groep achterbleef om het gebied grondig af te patrouilleeren en de To Wana te registreeren. Aan de bevolking werd voorts nog medegedeeld le. dat de uitlevering van Paii Djama onverwijld behoorde te geschieden, zoomede van de vier geweren welke hij uit de benteng had medegenomen, 2e. dat, indien aan deze eisch voldaan was, de overige bezetting niet zou worden vervolgd, doch dat alleen Paii Djama zou worden gestraft. Op den 27en November werd Paii Djama door een bevolkings patrouille aan het Bestuur overgegeven. IV. Slotbeschouwing. Uit een vergelijkende beschouwing tusschen de twee hierboven beschreven voorbeelden blijkt, dat in beide gevallen de comman danten het vooropgezette doel hadden, de militaire kracht te toonen zonder de pacificatie ernstig te schaden. De resultaten verschillen m.i. hierdoor zoo zeer van elkaar, omdat in het eerste geval de militaire kracht niet ten volle tot uiting kwam, terwijl in het tweede geval doortastend werd opgetreden. 421

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 37