De electromagneet, waarvan de beide poolschoenen naar be
neden zijn gekeerd, heeft 5 naast elkaar geplaatste ankers, welke,
niettegenstaande zij op één gemeenschappelijke as zijn gemon
teerd, toch onafhankelijk van elkaar beweegbaar zijn. De ankers
zijn elk voorzien van een terughaalveer. In den ruststand is
ruststroom in de leiding aanwezig; alle ankers zijn aangetrokken,
en vallen af, zoodra bij den gever de aanloopperiode is begonnen,
daar deze immers een onderbreking geeft van den ruststroom.
Daana worden zij beurtelings met behulp van een nokkenschijf
en een kiezerhefboom mechanisch aan de poolschoenen van den
magneet gelegd en wel het eerste ankertje in den tijd, waarin
de eerste periode der over te zenden teekencombinatie is afge
geven, het tweede ankertje in den tijd van de tweede periode,
enz. Al naargelang nu een stroomstoot of een stroompauze bij
den zender aanwezig was, worden de ankers afzonderlijk vast
gehouden, dan wel direct weer losgelaten. De nokkenas staat
door middel van wrijvingskoppelingen en tandraderen in ver
binding met den voortdurend draaienden motoras. De magneet
behoeft het anker niet aan te trekken, doch slechts eventueel
aangetrokken te houden, zoodat zelfs bij zeer geringe lijnstroom-
sterkten (ca 30 mA) nog een nauwkeurige werking wordt ver
kregen. Het heffen der ankers geschiedt dus met behulp van den
motor, het vasthouden door den lijnstroom.
Elk anker staat in verbinding met een ontvang-kiezerrail (fig.
6). De 5 aanwezige rails worden door den stand der 5 ankers
bepaald door de aankomende teekencombinatie zoodanig t. o v.
elkaar verschoven, dat nu bepaalde insnijdingen in de 5 rails op
éen rechte lijn achter elkaar komen waardoor alleen de hefboom
van diè letter in werking wordt gebracht, welker teekencombinatie
met de ontvangene overeenstemt. De afgezonden letter wordt nu
op den papierband afgedrukt, en wel dus onmiddellijk, nadat
bij den zender door het neerdrukken van den betrokken toets de
zendas één volle omwenteling heeft gemaakt. Papierband en
inktlint worden door een bepaald mechanisme telkens na afdruk
van een letter (cijfer, teeken) één plaats verder geschoven, pre
cies als bij een gewone schrijfmachine.
Zoodra een letter is afgedrukt, is de ontvanger weer in rust en
gereed, een nieuwe aankomende teekencombinatie om te zetten.
We hebben gezien, dat ook de zender na elke afgegeven letter weer
in den ruststand terugkomt. Naar aanleiding hiervan noemt men het
principe, waarop deze machines werken, het „start-stop"-,,Spring-
schreiber"-principe; door toepassing van dit principe zijn geen
speciale (gecompliceerde en dure)synchroniseerinrichtingen noodig.
Teneinde den ontvanger attent te maken op een op te nemen
bericht, kan door het neerdrukken van een bepaalden toets (KI.
fig. 4) een bel worden aangeslagen. Wordt van den ontvanger
dan hierop geen signaal verkregen b.v. t.g.v. afwezigheid van
den ontvanger dan is het toch mogelijk, om vanaf den zender
453
