464
van den inhoud van de Conventie alsmede een vergelijking van de artikelen
der Conventie met de overeenkomstige van de Conventie van 6 Juli 1906.
Doordat in laatstgenoemde vergelijking de artikelen van beide conventies
naast elkander zijn gesteld en elk artikel wordt gevolgd door een beknopte
uiteenzetting van de verschillen met opgave van de motieven welke tot wij
ziging hebben geleid, verkrijgt de lezer op gemakkelijke wijze een inzicht in
de waarde en beteekenis van de laatste Conventie.
Het werkje is dan ook wel geschikt om belangstelling te wekken in het
streven der Roode-Kruis-vereenigingen door wier toedoen de Conventie tot
stand is gekomen.
Het is ons daarom een aangename taak de uitgeefster en den schrijver ge
luk te wenschen met deze uitgave en de hoop uit te spreken, dat door distri
butie van het werkje in de overzeesche gewesten ook hier te lande de be
langstelling voor het werk van het Nederlandsche Roode Kruis moge toenemen.
C'.
We ontvingen in dank van den samensteller, P.J.F.J. Schnebbelié de derde
uitgave van denWegwijzer voor katholieken, die voornemens zjn naar Indië
te vertrekken, en voor hen die van Indië naar Holland komen".
Het boekwerkje vormt een uitgave van het Katholiek Indisch Bureau dat
zich ten doel stelt het verstrekken van inlichtingen, aan hen, die gaan naar
en aan hen die komen van Nederlandsch Indië.
Het ruim drie honderd bladzijden tellende geschrift bevat gegevens
op allerlei gebied, zooals, om enkele grepen te doeneen opgave van ver
schillende gouvernements- en particuliere betrekkingen h.t.l., de opleidings
mogelijkheden in Nederland voor betrekkingen in Indië, aanwijzingen voor
hen die naar Indië vertrekken of met verlof gaan, bepalingen voor dienst
plichtigen.
In deze uitgave is mede, voor het eerst een hoofdstukje gewijd aan „Het
Leger in Indië".
Het komt ons voor dat de uitgave in een behoefte voorziet en door velen
zal worden gewaardeerd.
C'.
Bijdragen tot de taal-, land- en volkenkunde van Nederlandsch-Indië. Deel
87. Corpus Diplomaticum Neerlandolndicum. Verzameling van Politieke
contracten en verdere verdragen door de Nederlanders in het Oosten gesloten,
van Privilegebrieven, aan hen verleend, enz. uitgegeven en toegelicht door
Mr. E. Heeres. Oud hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden. Tweede
deel.
Van het Corpus Diplomaticum verscheen het eerste deel in 1907. Het thans
voor ons liggende, ongerekend een erbij behoorend aanhangsel, ruim 500
bladzijden tellende boekwerk bevat de verschillende overeenkomsten met staten
in het Oosten gemaakt door de Generale Nederlandsche geoctroyeerde Oost-
Indische compagnie, in het tijdperk 1650-1675; alzoo grootendeels de periode
van Maetsuyker (1653-1680).
Het staat niet aan ons over dit studiewerk, dat op zich zelf reeds bewon
dering afdwingt door de veelheid van historische bronnen welke erin zijn
verwerkt, een kritische bespreking te geven, noch om ons te verdiepen in de
vraag of het werk in een behoefte voorziet. Zeker schijnt het ons toe dat
allen, die zich in de historie en de ontwikkeling van Nederland als koloniale
mogendheid dan wel in de geschiedenis van de deelen van den Indischen
Archipel wenschen te verdiepen, met graagte naar dit werk zullen grijpen
en na kennisname met dankbaarheid zullen erkennen dat het studiewerk veel
geeft en veel aanknoopingspunten biedt.
C'.