Volgt men een zeer versch spoor, dan moet er op worden gerekend, dat men de bende inhaalt; de voorste manschappen kijken extra goed uit, houden van tijd tot tijd halt; in het bij zonder wanneer zij plaatsen naderen, die zich goed leenen voor een rustplaats der bende, als heuveltoppen, dicht bosch enz. Bij een plotseling stooten op de bende moet energiek worden aan gevallen, waarbij alleen mag worden geschoten indien behoorlijke trefkans bestaat. Heeft men de rustende bende eerder opgemerkt, dan blijven alle soldaten op een teeken van den patr. comdt. op dezelfde plaats, waar zij zich bevinden, leggen hun veldzakken af en wachten op de bevelen; de dragers zetten hun vrachten voorzichtig neer en blijven daarbij wachten. Dit laatste heeft natuurlijk ook plaats, als de sporen leiden naar de schuilplaats of ladang der djahats. Goed uitgekeken moet worden of er door de bende posten uitgezet zijn en zoo ja, waar deze staan. De patr. comdt. overweegt intusschen de te nemen maatregelen; deze komen in het algemeen hierop neer, dat door 3/„ der patrouille de z. g. vangarmen worden uitgezet, waarin de djahats door de rest der patrouille gedreven worden. Het eenvoudigste voorbeeld levert de overval van een schuilplaats in het dal van een rivier. Opgemerkt dient te worden, dat het object in ieder geval moet worden gezien, alvorens tot splitsing der patrouille mag worden overgegaan. Is de schuilplaats reeds van verre ken baar door opstijgende rook, dan moet zij eerst zoo dicht worden genaderd dat omtrent de ligging geen twijfel kan bestaan. Staat de patrouille boven- (beneden-) strooms van de schuilplaats, dan worden de vangarmen ook boven- (beneden-) strooms door den patr. comdt. zelf opgesteld. Hierbij moet er aan gedacht worden, dat de rivier in geen geval bovenstrooms mag worden doorwaad. d rivier Zijn de vangarmen op hun plaats, dan voert de patr. comdt. de rest der patr. zelf ten aanval, door buiten gezicht van de schuilplaats in het rivierdal af te dalen en daarna behoedzaam de schuilplaats van den anderen kant te naderen. Deze afdeeling zal trachten de djahats in hun schuilplaats neer te schieten en door een plotselingen stoutmoedigen aanval hen in de armen der afzettingsafdeelingen te drijven. Bij overvallingen in het bosch wordt op dezelfde manier ge handeld; aangezien het hier gaat om het onschadelijk maken 512 a, b en c vangarmen d aanvalsafdeeling e schuilplaats ~£Z3 p

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 48