gewektheid en den noodigen lust verricht, dan moet men toch ook toegeven, dat daarvoor van den anderen kant de volle mede werking moet gegeven worden. Het zijn meestal nog jonge man nen, die uitkomen, die niet alleen leiding in dienst, maar deze ook zeer zeker buiten dienst noodig hebben. „Soldaten hebben afleiding noodig in een vreemd land" was de leus van Napoleon en hij bezorgde hun die afleiding door zijn veldslagen. Deze af leiding is voor onze Europeesche vrijwilliger momenteel afge- loopen, doch diezelfde woorden zijn nog van kracht en daarom moeten wij haar zoeken in andere vormen, naar onze meening in die, welke wij hierboven naar voren brachten. Wordt in deze richting gewerkt, dan zijn wij ervan overtuigd, dat dit niet alleen zijn gunstigen invloed op Jan zal hebben, maar ook op den naam van den Europeeschen vrijwilliger in het moederland en op de „Werving". 526

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 62