De Infanterie.
Aangezien de arbeid van de detachementen te Doekoen en
Sroemboeng (tijdelijk Tegalsari) van overeenkomstigen aard was,
zal ter bekorting in hoofdzaak de organisatie en uitoefening van
den hulpverleeningsdienst bij laatstgenoemd detachement welks
taak het omvangrijkst was worden nagegaan, terwijl de diensten
van de detachementen Moentilan en Salam kunnen worden sa
mengevat in één overzicht.
Detachement Sroemboeng.
Deze compagnie, welke het eerst in het gebied van de ramp
aankwam en het langst aldaar verbleef, ving hare werkzaamheden,
zooals reeds eerder werd medegedeeld, den 20sten December
aan van Sroemboeng uit. Eerste zorg was het verkennen van den
toestand en het opsporen en helpen van gewonden.
Tijdens de verkenning der infanterie bleek, dat de lahars nog
niet geheel tot stilstand waren gekomen groote voorzichtigheid
was dus geboden.
Nadat de nacht in Sroemboeng was doorgebracht, werden den
volgenden morgen de verkenningen hervat; huizen werden door
zocht, dooden begraven, gewonden afgevoerd, levend vee los
gemaakt en naar onbedreigde plaatsen gedreven. Gedurende deze
verkenningen werden de troepen wederom door een laharstroom
verontrust, waaruit nogmaals bleek, dat de grootste waakzaam
heid betracht moest worden.
Allengs werd eenig inzicht in den aanvankelijk hoogst onover-
zichtelijken toestand verkregende ramp bleek van eerst niet
vermoeden omvang, tal van kampongs jwaren geheel onder de
gloeiheete lahar bedolven, eenige honderden lijken en vele hon
derden karbouwencadavers werden geteld.
Was het aantal te verzorgen gewonden betrekkelijk gering,
daar stond tegenover, dat er vele dooden werden geteld.
In den ochtend van den 22sten trok het detachement, dat
den nacht ditmaal, met het oog op de onzekerheid in de ge
dragingen van den Merapi, te Tegalsari had doorgebracht, weder
naar het getroffen gebied, vooral ook om thans nauwkeuriger
gegevens omtrent den omvang van de catastrophe te verzamelen.
De lahars werden benaderd en hun ligging in de kaart geschetst
met de aanvullende verkenningen gedurende de volgende dagen,
werden zoo allengs gedetailleerde gegevens betreffende den toe
stand verkregen.
De uitslagen werden ingediend bij den detachementscomman
dant, die deze op één kaart tot een verzamelschets verwerkte
en doorzond naar den troepencommandant. Middelerwijl werd
door andere afdeelingen doorgegaan met het zoeken naar ge
wonden en dooden, terwijl een aanvang werd gemaakt met het
begraven van gedoode menschen en dieren. Aangezien de be-
567