Daartoe kreeg de Divisie-Intendant de beschikking over een
officier der Infanterie, die de intendancestudiën aan de H. K. S.
had gevolgd en daarna gedurende een jaar bij de intendance
gedetacheerd geweest was. Met het oog op den te verwachten
omvang van de werkzaamheden werd dien officier een bij het
dienstvak gedetacheerde officier der Artillerie toegevoegd.
Aangezien de vluchtelingen op ver uiteen gelegen plaatsen
waren ondergebracht, n. 1. te Moentilan en omgeving en te Ma-
gelang, was het niet mogelijk de uitvoering aan één persoon
op te dragen. Daarom werd de ter beschikking van den Divisie-
Intendant gestelde officier van de infanterie belast met de ver
pleging van de vluchtelingen te Moentilan en omgeving, terwijl
de verpleging van de te Magelang geconcentreerde vluchtelingen
werd opgedragen aan den op het kantoor van den Divisie-Inten
dant werkzamen kapitein der Intendance.
Na een korte bespreking, waarin de opdracht van den Divisie
commandant werd uiteengezet en de opzet in groote lijnen werd
besproken, vertrokken in den morgen van den 22sten December
de aangewezen officieren om zich ter plaatse van den werkelijken
toestand op de hoogte te stellen.
Het lag in de bedoeling het voedsel zooveel mogelijk in bereiden
vorm te verstrekken.
Volgens voorloopige inlichtingen moest worden gerekend op
de verzorging van 6000 menschen.
In den loop van den morgen bleek echter, dat omtrent het
aantal vluchtelingen nog slechts tegenstrijdige geruchten liepen,
doch dat vermoedelijk wel op 12 a 13000 gerekend zou moeten
worden.
Na onderzoek bleek het aantal te Magelang 3£00 te bedragen.
Nadat uit een onderhoud met den Resident van Kedoe was
gebleken, dat de hoeveelheden rijst waarover het civiel bestuur
beschikte zeer beperkt waren en reeds na eenige dagen zouden
zijn opgebruikt, werd door den Divisie-Intendant onverwijld bij
den aannemer van rijst voor het Departement van Oorlog te
Bondowoso 80000 KG. zilvervlieshoudende rijst voor rekening
van het Merapifonds besteld.
Intusschen werd ter voorziening in de dadelijke behoefte de
reservevoorraad rijst van het garnizoenskleedingmagazijn te Ma
gelang ter beschikking van de aangewezen verplegingsofficieren
gesteld. Deze voorraad werd later voor rekening van het Merapi
fonds weder aangevuld. Eveneens werden voor dadelijke behoefte
van de houtstapelplaats van het Boschwezen te Magelang eenige
wagons brandhout betrokken en naar Moentilan gedirigeerd.
Voorts werd zoowel voor Moentilan en omgeving als voor Ma
gelang uit het garnizoenskleedingmagazijn het benoodigde draag
baar kookgereedschap beschikbaar gesteld, zoomede het verder
voor de bereiding van het eten benoodigde materieel, als keuken-
571