617 3. Gevechtsbeveiliging. 28 Nou steeds komt het voor, dat voor de gevechtsbeveiliging aange wezen afdeelinïen te dicht op de te beveiligen troepen worden opgesteld. Wil een "evechtsbeveiliging voldoende tot haar recht komen, dan moetu de doo" haar verven gegevens den Comdt. van de te beved.gen troepen op een zoodanig tijdstip bereiken, dat de te nemen maatregelen tijdig tot uitvoering kunnen komen. 99 Bii de bepaling van de sterkte van dergelijke beveiligingstroepen zal voorts ook rekening zijn te houden met de mate van bewegelijkheid va. die troepen en de snelheid waarmede de berichten over komen. De boven- o-enoemde tiidruimte om de vereischte maatregelen te kunnen nemen, za er biiv bij een gevechtsbeveiliging door infanterie toe leiden, dat de ge vechtsbeveiliging slerk genoeg zij om het een tijdlang uit te houden; cavalerie daarentegen kan die "tijdruimte verkrijgen indien zij op grooteren afstand wordt uitgezonden, waardoor lang van te voren kan worden ge waarschuwd tegen dreigend gevaar. 4. Verpleging. 30 Terwijl de troepen zich gedurende het geheele jaar bij oefeningen zien geplaatst voor de uitvoering van een tactische taak, is de beoefening van den verplegingsdienst, voor zoover de intendance daarbij betrokken is beperkt tot de oefeningen op eenigszins groote schaal, derhalve tot eemge oefeningen per jaar. 31 Men stelle dezen dienst dan ook in de gelegenheid om routine en ervaring op te doen. Zulks wordt het beste verkregen door den verplegings dienst te doen plaats hebben onder omstandigheden, welke zooveel mogelijk overeenkomen met die, waaronder de verpleging in oorlogstijd (eventueel bij aanraking met den vijand) zal moeten plaats vinden. 32. Afgezien van andere overwegingen (beoefening van den veiligheids dienst bij nacht, nachtelijke verplaatsing van artillerie, enz.) is ook voor een doeltreffende beoefening van den verplegingsdienst, de onafgebroken handhaving van den oorlogstoestand gedurende enkele dagen, gepaard aan verandering der legeringsplaatsen gewenscht. 33 Teneinde daarbij de troepen toch tijdig van een avondmaal te kun nen voorzien, is het noodig, dat in de keukenwagens wordt gekookt tijdens den marsch, dan wel op de opstellingsplaats van den bagagetrein gedurende een gevecht. Het gebruik van de keukenwagens onder deze omstandigheden vormt een belangrijk onderdeel der oefeningen. 34. Indeeling van de keukenwagens bij den gevechtstrein is in het alge meen ongewenscht, al ware het slechts in verband met de techniek van het koken, daarentegen is indeeling van de filterwagens bij den gevechts trein normaal te achten. 5. Gegevens betreffende den vijand. 35. Hoewel de bevelhebber eener troepenmacht door zijn cavalerie, wiel rijders en vliegtuigen verkenningen zal doen verrichten teneinde gegevens betreffende den vijand en het terrein te verkrijgen, mag dit geen reden zijn voor andere troepen om van verkregen gegevens met te berichten. 36 Wanneer de wederzijdsche partijen elkaar naderen zal immeis vooi cavalerie en wielrijders weldra geen ruimte meer zijn in front.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 63