645
pounder munitie); „The 18-pounder self-propelled Gun mount" 12 ton, 15
mijl per uur, motor als de Medium Tank; draagt een 18 pounder kanon, 6
man en 2 ton munitie); „The Pavesi-tractor" (in gebruik bij de Italiaansche
en Spaansche legerswordt thans ook in Engeland gebouwd, voor gebruik
in zeer moeilijk terrein); „The Vickers Independent (Heavy) Tank" (30 ton,
20 mijl per uur).
Gasoorlog.
Mil. Wochenblatt. No. 36. Maart 1931". Die chemische Kriegsindustrie
bei unseren Nachbara", kapitein ter zee H. von Waldeyer-Hartz. Bevat gegevens
betreffende de chemische industrieën van Frankrijk, Polen, Tsjecho-Slovakije,
Rusland, Italië. „De chemische afdeeling van den Italiaanschen generalen staf
bezit een eigen „Versuchsanstalt" voor strijdgassen. De regeering maakt er niet
in het minst een geheim van, dat zij alles doet om het gereed zijn van leger
en industrie voor den gasoorlog te verzekeren. In de Italiaansche kunstzijde
industrie werken 40.000 arbeiders. De totale productie bedroeg in 1929
30 milioenen kg, zoodat ook hieraan bij mobilisatie geen gebrek te duchten is."
Rook en nevel.
Infantry Journal. No. 1. Januari 1931. The tactical use of smoke by the
infantry regiment', majoor E. M. Almond. „Een vraag die vaak opkomt bij
de beschouwing van het tactisch gebruik van rook is, in welke mate de in
fanterie zich kan verlaten op de artillerie, de luchtstrijdkrachten of de chemische
troepen, voor het vormen van rookgordijnen of nevel. Voor een toepassing
van rook op groote schaal is de infanterie geheel afhankelijk van die hulp
wapens, maar voor het gebruik in de kleine eenheden in 't geheel niet. Het
is tactisch onjuist om van eenig middel afhankelijk te zijn, dat niet is een
deel van het infanterie-regiment of -bataljon voor den steun van een storm-
bataljon, wanneer het practisch mogelijk is een dergelijk middel op te nemen
in de samenstelling van de gevechtseenheden van de infanterie. Alle voorname
gevechtsmiddelen moeten zijn opgenomen in het infanterie-bataljon wanneer
die opneming niet de gevechtskracht van dat onderdeel ongunstig beïnvloedt".
Schr. toont dan het noodzakelijke aan van het hebben van rookmaterialen als
integreerend deel van de gevechtseenheden der infanterie en bespreekt het
tactisch gebruik van dat strijdmiddel.
In no. 2 (Februari-nummer) van hetzelfde tijdschrift komt voor het ver
volg van het artikel, waarin we o.a lezen
„Het grondbeginsel van het tactisch gebruik van rook is dat van het ont
zeggen aan den vijand van gericht vuur of waarneming of van beiden, zon
der dat de actie der eigen troepen daardoor zou worden belemmerd". „Het
in te nevelen object moet bedekt worden met een wolk van rook, die twee
a drie maal zoo groot is als het object zelf". „Een werkzaam rook
scherm door middel van rookkaarsen vereischt minstens 500 kaarsen voor een
kleine operatie". „Eenig idee kan worden verkregen van het totaal van het
benoodigde materiaal wanneer we vaststellen dat, om een strookte vernevelen
van 2000 yards frontbreedte (bedenken we dat het scherm twee a drie maal
de grootte heeft van het te vernevelen object) bv. het front van een aanval
lend bataljon (450 a 800 yards)worden vereischt 12.000 kaarsen, 180 tot 200
man om het scherm te onderhouden en de noodige aanvoermiddelen, om het
materiaal voorwaarts te brengen ten einde het scherm gedurende twee uren
in stand te kunnen houden".
Besproken wordt het gebruik van rookhand- en geweergranaten en mor
tieren, terwijl na eenige opgaven de schr. concludeert tot de noodzakelijkheid
van de kennis van het tactisch gebruik van rook voor alle infanterie-officieren
van beter materiaal en de mogelijkheid dat rook de uitwerking van mitrailleurs
in een volgenden oorlog wel eens belangrijk kan verminderen.
Organisatie.
Mil. Wochenblatt. No. 31. Februari 1931. „Organisationsanderungen im
französischen Heere? Bespreekt de reorganisatie van het Fransche legerende