646
kritiek daarop door Fransche schrijvers gegeven. Het Fr. leger bestaat thans uit:
het blanke leger, met éénjarigen diensttijd, 20 divisies, 5 cavalerie-divisies
zeer talrijke korps-, leger- en „Heerestruppen", een ver boven de vredesbe-
hoefte uitgaand officierskorps en onderofficierskorps, eerste klasse en rijke
bewapening, een leger van civiele beambten en ambtenaren, dat de troep zoo
veel mogelijk van bureau- en werkdiensten bevrijdt. Reserve-officiers- en
onderofficiersscholen, omvangrijke oproepingen voor oefening der reservisten
maken het zeker dat de reserve voor den oorlog ten volle gebruiks-„fahig"
blijft. Vijf gekleurde en één zwarte divisie staan verder op Europeeschen bo
dem. Bij mobilisatie kan het leger onmiddellijk worden verdubbeld.
De critiek op dit leger gaat niet alleen over het aantal, ook over de lengte
van den diensttijd, de geoefendheid, de reserves, enz., vergeleken met Duitsch-
land en de bedreigde Fransche veiligheid.
Infantry Journal No. 1. Januari 1931. Tank-divisions"majoor C. C. Benson.
,,Een tank-divisie moet zich kenmerken door beweeglijkheid, eenvoud en
soepelheid". „Groote beweeglijkheid, zoowel strategische als tactische, moeten
verzekerd zijn. Om strategische beweeglijkheid te verzekeren moeten alle niet
noodzakelijke elementen worden weggelaten". „Eenvoud heeft betrekking op
uitrusting, voorziening, oefening, optreden, commando en aanvoering van
gemechaniseerde eenheden". „Soepelheid slaat op onderverdeeling, uitbreiding
en de normale gevechtshandelingen van de tank-divisie als geheel".
Ontwerpen vinden we opgenomen van het peloton, de compagnie, het
bataljon, het regiment, de brigade en de divisie; voor de divisie zijn benoo-
digd 425 vechtwagens, 350 „crosscountry"-wagens van de diensten (aan- en
afvoer, treinen) en zooveel „wheeled transportation as can be used to ad
vantage in the rear echelon of the division". Totaal 500 officieren en 3279
militairen beneden dien rang.
Verkenningsdienst.
Mil. Wochenblatt. No. 36 Maart 1931. „Divisions-Kavallerie im englischen
Heere". Per divisie wordt in Engeland beschikt over 1 cavalerie-regiment
(staf, 2 eskadrons en 1 mitrailleur-eskadron). „Theoretisch kan de divisie-
cavalerie de volgende opdrachten vervullen verkenning, beveiliging, deelne
men aan het gevecht, vervolging en terugtocht inbegrepen, verkenning op
grooten afstand en raids en gebruik als beweeglijke reserve". „Practisch echter
zal de divisie-cavalerie als gevolg van haar sterkte niet vaak voor offensieve
of defensieve opdrachten worden gebruikt, doch meestal slechts voor de be
veiliging". „De normale taak voor de divisie-cavalerie zal zijn de bewegingen
der infanterie-divisie te vergemakkelijken en tegen verrassingen ook hierbij te
beveiligen". „Duidelijk blijkt dat de Engelschen meer waarde hechten aan
beveiliging en versluiering dan aan verkenning door de divisie-cavalerie".
Uitrusting.
Infantry Journal. No 1. Januari 1931. ,,The 26th. infantry command post
wagon", kapitein W. W. von Gremp. Geeft een beschrijving met foto's van
een improvisatie met zeer eenvoudige middelen, waarmede een vrachtauto
werd ingericht tot een zeer bruikbaren, van electrisch licht en telefoon voor-
zienen commando-auto.
Mil. Wochenblatt. No. 36. Maart 1931. Die Bekleidungutid Ausriistung
des Infanteristen"„De volgende zaken vormen de tegenwoordige ranselbe
pakking: 1 stel kleeding, 1 paar schoenen, 2 hemden, 2 onderbroeken, 2 paar
sokken, 2 halsdassen, onderhoudsmiddelen voor geweer, poetsmiddelen, nood
rantsoen, munitie, tent met toebehooren en overjas. Heeft hij dat alles wer
kelijk noodig Zou het volgende niet genoeg zijn 2 paar kousen, reinigings
middelen voor het geweer, noodrantsoen, munitie, tent en overjas? Dan nog
de broodzak en de veldfleschAl het andere kan in een zak op een bijzon
der gevechtsvoertuig worden vervoerd. Want tot verkleeden (verschoonen),
schoenen verwisselen als ook voor poetsen heeft de man tijdens het gevecht
geen tijd".