635
6. BOEKAANKONDIGING EN BESPREKING.
Van den uitgever mochten we ter aankondiging ontvangen Sergeant Weers
en de zijnendoor Abraham Exodus. Uitgave en druk van Drukkerij Bob te
Djokjakarta. Prijs f 2.75
Kort onzen indruk samenvattende: een verzameling schetsen, welke zonder
eenigen twijfel den lezer eenige uren aangenaam zal bezighouden, hem nu en
dan in een gezonden lach zal doen uitbarsten en voorts bij den weiwillenden
lezer een juist beeld zal achterhalen van hetgeen de militaire wereld h. 1.1. te
beleven biedt of juister bood, aangezien het meerendeel der schetsen in het
verleden speelt en door gewijzigde verhoudingen, in en buiten de militaire
organisatie, niet meer ten volle van toepassing kan heeten op het tegenwoordige.
Voor het laatste waarschuwt de schrijver zelf in zijn voorwoord, hetgeen
hij doet aanvangen met de zinsneden„Jan Fuselier en de zijnen zijn anders
geworden. Het is de geest des tijds".
Hoewel door vaardiger pen geschreven en door een schrijver, die den geest
der dingen uit een anderen gezichtshoek beschouwt, herinneren deze schetsen
den lezer aan het vroeger door ons reeds besproken boekje „Cantinever-
tellingen" door Leo Lezer.
Tijdens de lezing hebben wij den indruk niet van ons kunnen zetten dat
de schrijver hier en daar, ter wille van het humoristsich effect, naast zijn
welversneden pen een vergrootglas heeft gehanteerd hetgeen indien onze
indruk juist is moet worden betreurd, omdat het aldus ontstane beeld een
minder welwillend lezer tot conclusies zou kunnen leiden, welke niet gerecht
vaardigd zijn.
De schrijver teekent aan dat de verzamelde schetsen reeds eerder versche
nen in het Soerabajaasch Handelsblad.
De schetsen geven voornamelijk een beeld van het soldatenleven „buiten"
zooals dat was en gedeeltelijk ook nog is.
Een vlot, goed en prettig geschreven boekje dat vooral den jongen officier,
die geen middel ongebruikt mag laten om den geest van zijn personeel te
leeren verstaan, kan worden aanbevolen, overigens ook onder de niet-mili-
tairen zijn weg wel zal vinden en in geen legerbibliotheek mag ontbreken.
C'.
In dank mochten we ontvangen het Twintigste Jaarverslag van de Konink
lijke Vereeniging Koloniaal instituut". Voor een algemeen overzicht van
den inhoud van de jaarverslagen dezer vereeniging verwijzende naar de be
spreking in I. M. T. 1929 No. 10 moge ditmaal gewag gemaakt worden van
het opvallend groot aantal aanwinsten op etnografisch en anthropologisch
gebied van de afdeeling Volkenkunde.
Voorts troffen we als nieuwe bijlagen aan de statuten en het eerste jaarver
slag (1930) van de S. P. van Eeghen-Stichting.
Deze te Amsterdam gevestigde stichting heeft ten doel het verrichten en/of
doen verrichten van wetenschappelijk onderzoek op koloniaal-economisch ge
bied en de uitbreiding van de openbare verzamelingen van voorwerpen van
kunst en wetenschap in het Koloniaal Instituut te Amsterdam.
Tijdschrift voor Indische Taal-, Land- en Volkenkunde. Deel LXX aflevering
2 en 3.
De afleveringen bevatten o. m. de volgende bijdragen.
De Inscriptie van Koeboeran Tjandi. Deze inscriptie komt voor op een
bekapten steen gevonden nabij Magelang, district Tegalredja.
De naam Dharmawangga, een vorstennaam voorkomende in de Hindoe-
Javaansche geschiedenis.
De drie heilige kanonnen (Banten, Batavia en Solo). De schrijver komt tot de
slotsom dat het kanon te Banten zeker van Mohammedaanschen oorsprong
is, het kanon te Solo zeker van Portugeeschen, terwijl dat te Batavia in elk
geval van Europeesch misschien van Portugeesch maaksel is.