testeerd worden tegen deze m i. ai te eenvoudige oplossing van
het tweede geval n.l. het ontzeggen aan eenig oorlogvoerende
van het gebruik der voorraden enz. te T. en B. Als wij werke
lijk tevreden konden zijn met een vernietiging, zouden we über
haupt geen luchtstrijdkrachten noodig hebben. Een volkomen
vernietiging is langs eenvoudiger weg met zeer geringe kosten
te verkrijgen Het feit, dat de regeering uitdrukkelijk lucht
strijdkrachten bestemt voor T. en B. wijst er al meer dan vol
doende op, dat zij het gebruik van T. en B. niet alléén aan
eenig oorlogvoerende wil ontzeggen, maar bovendien hetgeen
zich daar bevindt intact wil houden. Of dit laatste geschiedt
met het oog op een eventueele latere partijkeuze, dan wel ter voor
ziening in eigen behoefte kan hier buiten beschouwing blijven.
Verder moeten m. i. de aanwezige artillerie-opstellingen en het
reeds door Kapt. Kengen genoemde vliegveld als bombardement
loonende objecten beschouwd worden, zoodat de indeeling van
jagers in elk geval gewenscht is.
Kapt. Kengen verwacht in lid 3 van blz. 241 geen modern
moederschip met dito vliegtuigen bij den aanvaller.
Mogelijk, maar is het niet zéér waarschijnlijk, dat een aan
valler zijn uit te zenden materieel zal kiezen in verband met de
bij ons aanwezige verdedigingsmiddelen, waarmee hij, zooals
verwacht moet worden, bekend zal zijn.
Aangenomen echter, dat zijn actie op andere en wellicht be
langrijker punten van het oorlogsterrein, indeeling van een modern
moederschip inderdaad niet toelaat dan nog blijft het zeer ge
wenscht om tegen zijn verouderde jagers met mindere performance,
o. z. moderne jagers te stellen, die door hun groote kwalitatieve
meerderheid onze zeer waarschijnlijke kwantitatieve minderheid
kunnen vergoeden.
Het lijkt mij tactisch aanvechtbaar om een moderne lichte bom
menwerper tegen een verouderde landjager in te zetten. De grootere
snelheid van de eerste wordt dan geneutraliseerd door de grootere
manoeuvreervaardigheid van de laatste, zoodat wij met ons mo
derne materieel geen kwalitatieve meerderheid over het te ver
wachten verouderde materieel van den tegenstander zouden
bereiken.
Ook hier blijft dus de indeeling van jagers naast de voor
andere doeleinden meer geschikte lichte bommenwerper zéér
gewenscht.
663
Hoe aannemelijk deze uitspraak luidt, kan de redactie niet ontkomen aan
de verleiding hier, met alle waardeering, op te merken, dat in wezen de
zaak niet zoo eenvoudig is. Zelf ter zake geen vreemde in belangrijke olie
industriegebieden durft de redactie het aan den geachten schrijver aan te
bevelen eens bij terzake deskundigen te informeeren wat het vernietigen van
olievoorraden en -vindplaatsen zeggen wil en hoeveel tijd er wel mede ge
moeid is. Redactie.